CAFÉ DE CONCKELAER IS OP DONDERDAG, VRIJDAG EN ZATERDAG GEOPEND VAN 16:00 TOT 24:00U . ZONDAG ZIJN WE OPEN VAN 16:00 TOT 20:00U. IS HET TERRASWEER DAN GAAN WE OP DIE DAGEN EEN UURTJE EERDER OPEN.

Auteur Archief

Steunzool.                   Minks wekelijkse column 4-1-2017

Steunzool.                   Minks wekelijkse column 4-1-2017

 

Het was een soort van showroom, volgepropt met allerhanden kunstledematen, korsetten, steunattributen en nog meer engs.

De lugubere hulpstukken lagen, te kust en te keur, op de loer om een onfortuinlijk, door het lot overvallen, slachtoffer een betere kans te geven.

Er bij stil staan was geen optie, liep er altijd onbezorgd langs.

Het lot en de tijd zouden mij wel vergeten, was mijn latente jonge jongens gedachte.

Nu, jaren later, maakt de tijd ook voor mij geen uitzondering en zet het verval, van de tempel mijns levens, gluiperig zijn eerste stapjes.

Zelfde adres, andere inrichting, strakke design balietjes in rij, de kunstledematen zijn in geen velden of wegen meer te zien.

Wellicht te afstotend, het had ook wel wat weg van de gevangenpoort op een middeleeuwse werkdag met veel overuren.

De optisch verbeterde toegankelijkheid zou de hulpstukken bijna onverkoopbaar maken maar ‘helaas’ brengt de aanpassing geen omzetverlies.

 

Mijn binnenstrompelen valt gelukkig niemand op, de zaak is leegJ.

De laatste tijd voel ik me, ondanks mijn ongebreidelde activiteit net dat beeld van die reus uit ‘den bijbel’ (niet stoppen met lezen nu, ik wil niemand bekeren, het is slechts een voor’beeld’). Ik was dát dan, dat beeld met een prachtig gouden hoofd, een borstpartij en armen van zilver, buik en lendenen van brons, de benen van ijzer maar helaas, zijn voeten deels van ijzer, deels van leem. Ik loop als Quasimodo door het café, geen gezicht voor een kroegbaas met een gouden hoofd. 

Geen bel of andere aandachttrekkers. ‘Trommelen met die vingers’.

Aha, daar was iemand om mij te helpen. ‘Schudden met die billen’.

“Meet u ook op staande voet steunzolen aan of gaat het op afspraak?”

“Alleen op afspraak: € 165= en gelaserd (lees gelezerd) € 195=”.

“Wordt hét, of een deel, door de zorgverzekeraar betaald?” Je weet het eigenlijk al van te voren, maar je hoopt ergens toch dat je een keer prijs hebt, neen weer niet. En ook niet in mindering van het eigen risico! What’s new! 

Ondanks dat me wederom een poot is uitgedraaid zal ik met die nieuw aangemeten steunzolen wellicht weer een stuk beter lopen.

 

Tekstverantwoording: Mink Out.                  Meer: www.conck.nl.

Lees verder

Eindejaar verhaal 2016.    Minks wekelijkse column 28-12-2016.

Eindejaar verhaal 2016.    Minks wekelijkse column 28-12-2016.

 

Daar stond ze dan in haar paasbeste kerstkleding, Den Ouden Neel, we gingen naar familiaire types op de Swikkenerdijk, Noord Holland. “Zo jongen, kost zeker wel wat zo’n rolstoelbus, had je niet hoeven doen”. “Kom mam, stap in, uh, uh, rol in, anders komen we er nooit”. Onderweg vult de cabine zich met zang van haar, Rudolf Shock en mij. “O Mädchen, mein Mädchen, wie lieb ich dich”.

De Swikkernerdijk, wel tien kilometer lang, typisch Hollands, aan de éne kant velden met vee en aan de andere kant water.

Halverwege de dijk, een forse knal, ik rem, stap uit en daar ligt ze, een prachtige vrouw met lang blond haar en bloot bovenlijf.

Ondanks de ernst van de zaak, kan ik het toch niet nalaten haar prachtige borsten monsterend in mij op te nemen.

Ze bewegen zacht mee met haar regelmatig adem halen, veel tijd om mij te verlekkeren heb ik niet, de wind giert rond ons heen en regenflarden striemen de dijk. Uit de bus roept Den Ouden Neel:” laat liggen, we komen te laat!” “Neen ik neem haar mee” zeg ik terwijl ik nogmaals de lokkende borsten streel, met mijn ogen.

“Een staart, wat bedoel je jongen?”. “Nou mam, geen benen maar een staart met schubben zoals een vis”. “Ik zei nog zo, laat liggen jongen”.

 

Een wagen achter mij geeft een stopteken: “Controle, mag ik even achterin kijken. Zo…….. meneertje vervoerd vis zonder een geldige vergunning”. “Vis, kijk naar die borsten, dat is toch geen vis”. “Meneer, ik probeer hier mijn ambt uit te oefenen en laat me niet afleiden door een paar, overigens wel erg fraaie, borsten. Ik zie duidelijk een staart met schubben dus het is een vis, dat wordt een bekeuring” sprak hij genoegzaam op zijn tenen wippend.

Plotseling spert de pennenlikker de ogen en mond wijd open.

Achter hem, uit het niets, spietst een man met ontbloot bovenlijf en woeste baard de ambtenaar aan zijn drietand, die ik er aan de voorkant, bebloed, weer uit zie komen. Woestbaard tilt de ambtenaar boven zijn hoofd en smijt deze in de rivier.

Hij neemt mijn geredde visvrouw in de armen en loopt eerbiedig de dijk af het inktzwarte water in. Zijn kroon zie ik als laatste geruisloos omsloten worden een enkel belletje achter latend.

Een laatste druppel regen valt, de wind geeft op, het water kalmeert en sterren fonkelde aan de hemel, 2016 is bijna voorbij, gelukkig maar.

 

Tekstverantwoording: Mink Out.                            Meer: www.conck.nl  

Lees verder

Koning in een Knap koetsje. Minks wekelijkse column 21-12-2016

Koning in een Knap koetsje. Minks wekelijkse column 21-12-2016

 

Den Ouden Neel raakt dankzij haar hoge leeftijd slechter ter been dus tijd voor een rolstoel. Redelijk te doen, zal je denken maar na een martelgang voor een visje in de Simonis bingohal was de beslissing al snel gemaakt, er moest een rolstoelauto komen.

Nu is het budget van deze semi-succesvolle horecaman niet zo, dat hij er één uit de verpakking kan kopen dus werd het een tweedehandsje.

Na veel speurwerk en goede raad viel het oog op een flinke, glanzend-rode bestelbus met Rolstoellift en rondom ramen, een plaatje.

In gedachten wordt Den Ouden Neel, al wuivend als Beatrix naar het volk, vanaf het platformpje haar privé koets ingereden.

Toen ik hem op het internet zag was ik meteen verkocht, nu alleen de wagen nog, aan mij. Op zo’n moment moet hebzucht toch wijken voor verstand en omzichtigheid, de verkoopster zou uit mijn ‘fel’ begerende blikken wellicht munt kunnen slaan.

Gezien mijn gering vertrouwen in welke religie dan ook, is een ‘God zegene de greep’ actie ook geen aan zekerheid grenzende optie.

Na een aantal slaaparme nachten was uiteindelijk de deal rond en kon ik me de trotse bezitter van een reusachtige rode rolstoelbus noemen.

 

“Hopelijk heb je er nog lang plezier van” sprak de verkoopster terwijl ze met mijn (nou ja, haar) bom duiten uit de bus stapte, zag ik daar nou een smalend lachje. Ze klapte de deur dicht en ik was alleen in die grote stille bus, hij was echt van mij, natuurlijk een top auto? Het elektrisch raampje weigert en de bovenzijde van het dashboard zit los. Er zal toch niet aan de bedrading gerommeld zijn, dat gaat meestal fors in de papieren lopen. Mijn onzekerheid zwelt aan, hoor ik daar nou een onderliggend rateltje in de dieselmotor. Iedereen een stukje mee in de koets van Den Ouden Neel: “Hee Mink, je waterlampje blijft branden, hoort dat?”. Wederom bliksemt een onzekerheidsschicht door mijn lichaam, de koppakking, daar gaan mijn zuur verdiende Euro’s. Diep in de nacht nog even alleen richting Rotterdam, top busje: het waterlampje is uit, de losse dashboardklep is voor een boordcomputer en het raampje moeten we even nakijken.

De neerklapbare armleuning rechts en de deurleuning links doen mijn mijn bestuurderszetel voelen als een troon, waarin ik zit als een koning………… een koning in een knap koetsje.

 

Tekstverantwoording: Mink Out. 

 

Lees verder

Vrolijke Fransen (verb).     Minks wekelijkse column 14-12-2016

Vrolijke Fransen (verb).     Minks wekelijkse column 14-12-2016

 

Vichy, stad van in stand gehouden glorie met zijn fameuze geneeskrachtige bronnen, ooit ondergebracht in een prachtig negentiende eeuwse glas in gietijzeren hal waar veelal oude mensen helend water drinken.

Muziek uit de tijd van Edith Piaf, flukse bejaarden, netjes gekleed en gedecideerd opgedoft.

Tijdens het typisch Franse, houten Klaas-dansen (kleine series huppelende stapjes maken met de bovenlijven stijf tegen elkaar) lijken de senioren hun tweede jeugd te beleven.

 

Daar zit ze, net als toen de knietjes stijf tegen elkaar, tussen haar vrouwelijke leeftijdsgenootjes op de voorste rij.

Ze wacht nog steeds tot de prins op het witte paard haar mee voert.

Een wat al te ijverige Fred Astaire-Fransman wordt door haar resoluut afgewezen voor het beschaafd paringsritueel.

De oude mademoiselle, die eigenlijk niet veel meer te kiezen heeft, blijft toch trouw aan haar gevoel voor stijl en smaak in de zoektocht naar een ‘dans’ partner?

 

De lange glas in gietijzeren pergola die zich vanaf de hal door het park slingert, houdt net zo kras stand als de zich binnen vermakende vrolijke Fransen.

Tijdens de belle epoque bleven dames met kokette parasolletjes en ruisende bagagedragerjurken tijdens het flaneren met een heimelijke minnaar droog, de kleding wel te verstaan (oeps).

Zittend aan krultafeltjes praten nog meer oudere doorzetters over bijna van alles en zeker over elkaar.

Een dertigtal forse kastanjebomen filteren met hun bladerdak het daglicht tot een dromerige, rood-oranje kleurenweelde.

Dansende zonnevlekken op de grond bewegen bijna mee op dartele  klanken van de Franse accordeon.  

Ik waan me in de sfeer van het schilderij: “Dance at the Moulin de la Galette van Auguste Renoir”.

Nog indringender, hier klinkt en beweegt het ook, alleen de mensen zijn wat ouder dan op het meesterstuk van ‘August’, dat past ook wel, honderdveertig jaar later, maar: nog steeds vrolijke Fransen.

 

Tekstverantwoording: Mink Out.                          Meer: www.conck.nl

Lees verder

Leven na de dood.                 Minks wekelijkse column 7-12-2016

Leven na de dood.                 Minks wekelijkse column 7-12-2016

 

Een lint van mensen slingert zich over een smal pad door de bergen van midden Sulawezie, diep beneden in het dal ligt hun eindbestemming.

Onze westerse kledij verraadt dat we eigenlijk niet bij deze wandelclub horen maar we moesten dit “feest” meevieren.

Na een uitnodiging niet op komen dagen is een daad van disrespect.

Van het eiland Celebes afkomen wordt na zo’n weigering een soort Expeditie-Robinson-gok maar dan nog erger.

Zelfs met onze stevige wandelschoenen lopen Joop en ik ‘onvoetig’ (vat je hem “onvoetig”) het smalle bergpad af.

Dit in tegenstelling tot de soepele stiefel van onze geteenslipperde ‘meelopers’ die ondanks het varken dat ze aan een bamboe paal met zich meedragen, deze “untergang” een peulenschil doen lijken.

Op het feestje aangekomen blijkt het te gaan om een rituele begrafenis van de Toraja stam. Zij houden hun overledenen, hoewel gebalsemd, nog weken thuis om de viering van het naderend echte leven, de dood, voor te bereiden. Ze hebben het zo geregeld dat de, zeg maar even, open haard in het midden van de hut staat met aan de ene kant de actieve en aan de andere kant de inactieve bewoner(s).

Een hele inventieve manier om ongewenste luchtjes, met de openhaard-warmte mee, naar buiten af te voeren.

 

In het dorp heerst grote bedrijvigheid: de, ter viering van de overgang naar het echte leven. Mee gebrachte karbouwen en varkens worden onder veel belangstelling en gevoel voor theater geslacht.

Het ons geadviseerde cadeau, een slof Marlboro, overhandigen we, met gepaste eerbied, aan de familie van de transformerende.

Lugubere foto’s op de pakjes zoals bij ons in Europa, verwijzend naar de dood, zullen hier het roken wellicht doen toenemen, gezien de versnelde kans op een beter, tweede leven, maar dit ter zijde.

Vanaf een kleine tribune volgen we het schouwspel, we eten het zojuist gesneden vlees, een deel voor de mensen van óns leven, en een kleinere portie voor hen die het volgende leven betreden.

Nu, terug in Nederland zijn er gemengde gevoelens over dit “feest”.

We zullen maar schrijven: “ ’s Lands wijs, ’s lands eer”. En óók volgens deze Toraja is er leven na de dood, nou laten we hopen van wel of is voor u wellicht één leven meer dan genoeg????

 

Tekstverantwoording: Mink Out.                                   Meer: www.conck.nl

Lees verder

Emancipatiegolf. Minks wekelijkse column 30-11-2016

Emancipatiegolf. Minks wekelijkse column 30-11-2016

 

Eén van de meest vrouwelijke vriendinnen die ik ooit de mijne mocht noemen heette, zeg maar even: Repelsteeltje.

Repelsteeltje woonde in een nette buurt met grote huizen en een oprijlaan. Haar broertjes spraken als Jort Kelder en droegen zomer en winter zo’n witte tennissweater op hun rug waarvan de mouwen losjes, aan de voorkant, over de schouders hingen.

Waarom Repelsteeltje bij mij, een plat pratende, getatoeëerde Hagenees, bleef hangen? Wellicht het shockerend effect naar de omgeving, de spanning, sensatie en we hadden het ook nog leuk samen.

Wat in de beste gezinnen voorkwam was voor deze familie ook niet te min, pa en ma waren wettelijk gescheiden.

Hij was haar ‘baas in eigen buik’ gedrag spuugzat en bij deze of gene receptie het modelvrouwtje uithangen hing haar ook knap de keel uit.

Zelfs hebberigheid kon deze uit elkaar gegroeide toppers niet meer binden dus bezittingen werden verdeeld.

Hij: het buitenhuis en jacht in Loenen a/d Vecht en zij de villa in Wassenaar plus wat auto’s, voor beiden een forse stap terug.

 

Toen het huwelijkshek eenmaal van de dam was, kwam het emancipatie-circus in huize Hoenderhorst pas echt op gang.

Na de scheiding droeg de moeder van Repelsteeltje alleen nog maar houthakkersoverhemden, LEE spijkerbroeken en cowboylaarzen.

Bij thuiskomst verving een brute fles bier het knus kopje thee.

Geëmancipeerd koken was de nieuwe trend: ongeschilde aardappels omdat de meeste vitaminen ‘natuurlijk’ vlak onder de schil zitten.

Hele bloemkool: bladeren er af, kruisje in de onderkant, laagje water in de pan, wat zout op het bolletje. Toen de bloemkool voor de eerste maal intact op tafel stond keken de hongerigen verbijsterd toe, tot allen, onwennig, een taartpunt bloemkool voor zich hadden.

Alles kwam er aan te pas om het gehate huisvrouwenwerk zo minimaal mogelijk te houden, zo waren er o.a. ook nog de ongesneden snijbonen, niet geraspte bieten, moten prei, hele lof en dan telkens weer die gehate ongeschilde aardappels of zo’n grote gepofte in aluminiumfolie. Toetje? Een fruitschaal vol, zelf schillen graag.

Laatst liep ik Repelsteeltje, na lange tijd, weer eens tegen het lijf. Totaal niet haar moeder, supervrouwelijke vrouw die de razende emancipatiegolf van 60/70 als een paal boven water heeft doorstaan.

 

Tekstverantwoording: Mink Out.

Lees verder

Het Purinaoproer. Minks wekelijkse column 23-11-2016

Het Purinaoproer. Minks wekelijkse column 23-11-2016

 

De bewoning van mijn huis bestaat uit twee kampen: mensen en beesten.

Deze twee groepen leven overwegend in goede harmonie.

Het mensenkamp heeft een bezetting van slechts één vast en soms een wisselend tweede lid want alleen is ook maar alleen, nietwaar?

Over het kamp der beesten zal ik me beperken tot degene die zich regelmatig manifesteren, dus laten we het aquarium links liggen.

Het beestenkamp bestaat uit drie vaste leden: Truus, Trees en Toon en een wisselend lid: a man called Out, Mink Out!

Niet dat ik regelmatig omvorm in een ‘ten hemel schreiende’ weerwolf om me onder de verzamelnaam ‘beesten’ in te kunnen scharen.

Neen, mijn gedrag is de reden waardoor ik zo nu en dan het etiket beest draag, met of zonder wisselend type uit het mensenkamp☺.

Genoeg uitleg over de samenstelling der inwonende van het pand aan de ’s-Graven Haagsche Breedstraat nu.

 

De schoksgewijze prijsstijging van de Purina kattenbrok bracht mij er toe voor een goedkoper merk te kiezen met de nadruk op kwantiteit.

Hoewel dit de vorige keer tot een bewonerscrisis leidde zou ik deze maal mijn poot strak houden totdat de hele vijf kilo zak leeg was.

Nu moet u weten dat de katachtige in huisje weltevree aan de Breedstraat er zo hun verfijnde dierenmaniertjes op na houden om mij van hun merkentrouw te overtuigen.

Onder het languit televisie kijken schoten de opstandelingen als blik-semschichten langs mij heen om hun eis voor Purina te onderstrepen.

Tijdens m’n toiletgang liepen de opponenten, onder dekking van het duister, mij vanuit een hinderlaag, onverwachts ‘de voet dwars’.

Om ze van mijn superioriteit te overtuigen schopte ik de desbetreffende sluipmoordenaar met doortastende dwang opzij.

Dagen verstreken, de strijd werd grimmig: talloze malen werd ik ’s-nachts wakker door het kopjes geven, tegen een uit bed stekende hand of voet.

Eén en ander werd stante pede bestraft met een quasi stuiptrekkend klapje, respectievelijk trapje naar leden van deze laffe beestenbende.

Nu een week later: ik vermoeid, met randen onder de ogen.

Op afstand drie katten die mij als sfinxen hypnotiserend gade slaan.

Zal ik het Purinaoproer breken, de prijs betalen, nog één weekje dan.

 

Tekstverantwoording: Mink Out. Meer: www.conck.nl

Lees verder

Puik st(r)aaltje management. Mink wekelijkse column 16-11-’16

Puik st(r)aaltje management. Minks wekelijkse column 16-11-‘16

 

Een vriend van mij, laten we hem Quirines noemen (na deze Q) is mobieltjesverkoper, hij heeft het reuze naar zijn zin.

Je ontmoet mensen, praatje maken, abonnementje verkopen, bonusje pakken, kortom een baan voor een moderne bro (brother).

Alles kan: sim only, abonnement met een Apple 7+ of Galaxy Note 7, hoewel laatstgenoemde zaktelefoon door het ‘explosieve’ succes nergens meer beschikbaar is maar dit terzijde.

Q, een leuke gozer, drinkt een drankje, houdt op zijn tijd van een feestje, je zou zeggen: een gemiddeld homo sapiens, totdat……………..

Pas geleden kocht ik bij Q een nieuw mobieltje, helemaal top, netjes geholpen, als een gelukkig mens huppelde ik de zaak uit.

De splinternieuwe mobiel brandde in mijn tas, ik kon het wel uitschreeuwen: “Mensen bel mij, mijn nummer is 06 51 … … !!!”.

Aan de overzijde van Q’s telefoon-winkel schiet ik de lunchroom binnen, bestel koffie met gebak en haal, met trillende vingers, het deksel van de designdoos. De gloed van het sparkling mobieltje verlicht mijn opgewonden gezicht, als dat van een piraat die een schatkist vol gouden dukaten opent. Prachtig, deze vrucht geplukt uit de boom der consumptie maatschappij maakt mij zowaar gelukkig.

 

Terwijl mijn hebberigheid langzaam wegkwijnt zie ik iets opmerkelijks. Q tijgert laag over de grond zijn zaak uit, komt overeind en steekt een sigaret op. Daarna zijn collega die, bij het naar buiten gaan, een soort van limbo dans doet, rare gasten die telefoon verkopers.

Als de peuken zijn gedoofd springen ze hand in hand en wel een meter hoog terug de telefoonzaak in, een grappig maar vreemd tafereel.

Het had iets weg van Monty Python’s Flying Circus met John Cleese en zijn handlangers (voor de nieuwere mensen het Googeltje waard).

Als Q ‘s-avonds in de bar aan zijn biertje nipt kijk ik hem schijnbaar wat glazig aan. Na wat pressie vertel ik hem mijn waarneming. 

Wanneer u ooit besluiteloos een telefoonshop in- en uit ijsbeert onderdruk dan uw opwellende ergernis als de verkopers narrig doen. Het is namelijk zo dat deze gasten mede worden afgerekend naar het aantal keren dat het infrarood straaltje bij de deur onderbroken wordt. Wellicht ook een handige wetenswaardigheid om een leuke korting te bedingen (geintje Q!). Zoals vaker voorkomt: het personeel wringt zich in allerlei bochten bij een puik st(r)aaltje management.

 

Tekstverantwoording: Mink Out.                                   Meer: www.conck.nl

Lees verder

Handig, Minks wekelijkse column 9-11-2016.

Handig. Minks wekelijkse column 9-11-2016

 

Tijdens mijn strooptocht naar eten en drinken beweeg ik me, als het even kan, onbelemmerd in mijn territorium.

Nu is ons buurt-Albert Heijntje, zoals de naam al doet vermoeden, niet zo’n hele grote, maar toch lease ik voor optimale bewegingsvrijheid een winkelwagentje.

Niet enkel als verzamelkorf voor de door mij geselecteerde proviand maar ook als opslag van rugzak, motorhelm en verdere essentialia der moderne overlever.

Tevergeefs grabbel ik naar een muntstuk om het eerste winkelwa-gentje in rij van zijn vrijheidsberovende ketting te ontdoen.

“Zeker nog steeds geen nieuwe ‘karretjes-bevrijdingsmunten’ ” vraag ik het immer vrolijk moslimaatje van de klantenservice.

Ze stopt een ‘kleurloos’ wit schijfje met logo in mijn hand. “Er zijn nieuwe” spreekt haar prachtig, met hoofddoek omlijste, gezichtje.

 

Wel even wat anders dan dat prachtig chromen muntje met aanhaak sleutelring van weleer.

Wellicht een forse ‘bonus-aanbieding’ in de ‘tas’ van een slimfit-pak dragende manager. Op zeker dat hij bij de koffiemachine op het hoofdkantoor is gejonast als eerbetoon voor zijn substantiële bezuiniging.

Waardeloos muntje, helemaal nu het van plastic is, dus laat lekker staan die kar, midden op een plein, ze verdienen toch genoeg.

Nee hoor, je wilt het witte schijfje niet kwijt, toch wel makkelijk, dus zet je het karretje netjes op zijn plaats terug.

Bij de uitgang prop ik mijn leasewagen zonder schade in zijn voorganger en haak hem aan.

De argusogen van de straatkrantverkoopster fixeren zich, zoals gewoonlijk, op de inleggleuf maar bij het zien van het kraak noch smaak muntje haakt zij teleurgesteld af.

Bepakt en bezakt naar buiten lopend werp ik haar een gulle groet toe, een zuinig goedemiddag uit haar pruilmondje is mijn beloning.

 

Heel verhaal voor zoiets kleins, wellicht een volgende keer over de plakstripsluiting van de AH vleeswaren en gesneden kaas, ook handig!!

 

Trump, kan dat maar goed gaan.

 

Tekstverantwoording: Mink Out.

Lees verder

Lang en gelukkig.                 Minks wekelijkse column 2-11-2016.

Lang en gelukkig.                 Minks wekelijkse column 2-11-2016.

 

Een jaar voordat zijn pensioen los barste kneep Stientje er tussenuit, niet dat ze dat zo gepland had hoor.

Neen, bij het naar bed gaan zoals gewoonlijk de wekker gezet en een kus, de dag er na stond ze ineens niet meer op.

Mooie begrafenis, veel bloemen, zelfs van de directeur generaal van het ministerie. 50 jaar samen en nu: plotseling alleen.  

Koos kan er maar moeilijk aan wennen, hobby’s heeft hij niet en de stilte in een huis, zonder Stientje, is ‘oorverdovend’.

Zijn schoondochter doet de was en zorgt voor magnetronmaaltijden. Soms een shoarmaatje van de grillroom verderop of patat bij Piet.

Koken, wassen en strijken kan hij niet, heeft zij altijd gedaan, Koos bracht het geld binnen.

Hij werkte net zo lang op het ministerie als dat hij Stientje kende, zijn leven bestond uit haar, zijn werk en twee weken per jaar naar camping de Schaapskooi op de Veluwe.

Ze stonden daar met hun buren uit de straat: Sjors en Dien, die altijd de sleurhut naast hen huurden.

Ze dachten ‘nog lang en gelukkig’ maar nu, vlak voor de oogsttijd ontvalt ze hem.

 

Ze leefden zo’n beetje als broer en zus, dat werkt nou eenmaal zo.

Hij was haar nooit ontrouw geweest, dat was niets voor hem.

Natuurlijk had hij het wel eens moeilijk, zoals die keren op de camping dat buurvrouw Dien, in een verzengende hitte, topless lag te zonnen.

Ze was een aantrekkelijke vrouw, had hem een keer gesnapt toen hij haar stond te begluren, ze heeft er nooit een woord over gerept.

Na jaren gingen Sjors en Dien uit elkaar, zij vertrok en Sjors bleef.

 

Na zijn ministerieel werk een kop snert in de lunchroom van de Hema.

Tegen zijn verwachting doet deze drukbezochte plek de eenzaamheid geenszins verlichten. De aanschouwde weldaad van saamhorigheid maakt zijn ‘isolement’ daarentegen nog ondraaglijker.

Een attractieve vrouw schuift bij hem aan: “Ben jij niet Koos van Stientje” fluistert ze pretogend in zijn oor.

“Dien” roept deze opverend uit zijn solitaire duisternis.  

 

En, wat denkt u, leven ze nog lang en gelukkig? Vul het zelf maar in.

 

Tekstverantwoording: Mink Out.                                   Meer: www.conck.nl

Lees verder

Website by Splendit 2024

Kinderdisco