CAFÉ DE CONCKELAER IS OP DONDERDAG, VRIJDAG EN ZATERDAG GEOPEND VAN 16:00 TOT 24:00U . ZONDAG ZIJN WE OPEN VAN 16:00 TOT 20:00U. IS HET TERRASWEER DAN GAAN WE OP DIE DAGEN EEN UURTJE EERDER OPEN.

Een wel erg jonge vriendin. Minks wekelijkse column 29-9-2015

Een wel erg jonge vriendin. Minks wekelijkse column 29-9-2015

Terwijl ik het glas poleer groeit er een palmboom langzaam en instabiel boven de bar uit. Er achteraan komt het guitig koppie van een meisjeskleuter van een jaar of vijf. Het vuurrood haar waaruit de palmboom handig is gemodelleerd, vervolmaakt dit kind tot Hollands next topmodel kids.
Na wat hulp van een, pak weg, 10 jarige, geniet ze triomferend van de door haar zo zwaar bevochten positie.“Hoi” sprak ik alsof het een volwassene betrof, “hoe heet je?”“Aniek en zij Lieke, is me grote nicht” sprak ze zichtbaar trots en zonder een enkel spoor van schroom.
Om het gesprek gaande te houden vroeg ik wat de dames te drinken wilde: “Een Fristy en een Chocomel”, ik plantte de blikjes voor hen neer, compleet met palmboom-glitterrietje. Ze volgde wereld-wijs-neuzerig mijn ‘geroutineerd’ handelen en begon een heel gesprek over haar kleine neefje Tony van twee, wiens verjaardag ze vierden.

Later floepten ze weg en meldde een knappe roodharige vrouw zich aan mijn bar. Met een knikje naar de buiten spelende Aniek, vlijmde ze: “Zo, dus jij wordt mijn toekomstige schoonzoon, ze vertelt aan iedereen dat jij haar nieuwe vriend bent”. “Aha, dan ben jij zeker de palmboomvlechtster!” We lachten beiden, het kinderfeestje trippelde door.
De zucht naar zoetigheid wint het van de schoonheid dus de Cars-taart wordt bruut in stukken gesneden. Tijdens het bitterballen bakken komt mijn rooie vriendinetje samen met een nog kleiner meisje bij de keukendeur staan welke ze voorstelt als haar nichtje Amy. “Dat is mijn nieuwe vriend” brabbelt ze, ik begin haar nu toch wel knap bezitterig te vinden, al een echte vrouw!
Amy loopt weg en we blijven samen achter. Om ons pril geluk een wat solider basis te geven vind ik het hoog tijd voor een ‘serieuze’ vraag.
“Hee Aniek, dat van die Sinterklaas, wat voor kleur vind jij nou het leukste voor Piet: rood, zwart of blauw misschien?” “Ik wil een roze Piet, roze is de mooiste kleur die er bestaat op de hele wereld” sprak ze in haar kinderlijke spontaniteit. “Nou dan ga ik aan de sint vragen of hij roze Pieten wil sturen, omdat jij dat leuk vind”.
Met mijn grote vriendin Aniek verliet ik de keuken, smalen glimlachend sprak de luistervinkse palmboomvlechtster: “En dan maken wij ons druk”.

Ook gezellig, een roze Piet. Voor Aniek blijft het gewoon; Sinterklaas-feest en daar gaat het toch om, einde discussie.

Tekstverantwoording: Mink Out.

Lees verder

Het zijn net mensen. Minks wekelijkse column 23-9-2015

Het zijn net mensen. Minks wekelijkse column 23-9-2015

“Verwacht: per één augustus 1994, asielzoekerscentrum in de Junostraat, een zijstraat van de Binckhorstlaan”, leest Bas met luide stem voor uit de krant en neemt een slok koffie.
“Nou Mink, veel succes, de komende vijf jaar: 600 gekken op een steenworp afstand van je café”.
Zij moeder had hem, blijkbaar met een vooruitziende blik, Drako genoemd, hij was van het imponeren, erg luidruchtig en eigenlijk gewoon oervervelend. Deze uit de kluiten gewassen Joegoslaaf was gestoken in een oogverblindend spierwit Haagse markt Nike trainingspak. Deze lumineuze verschijning zou de Witte reus bij een ontmoeting terstond doen verbleken maar dit terzijde. In Duits sprak Drako: “Als jij iemand wil, nekkie er af, ik iemand weet, 5000 gulden”. Een passend antwoord was van cruciaal belang, dus blufte ik in mijn beste steenkolen Duits: “Nou dan kunnen we zaken doen want ik weet iemand die het voor de helft doet, delen we de winst”. Na deze overtuigende Haagse bluf droop deze asiel zoekende ‘heer’ gelukkig af.

Sanna kwam ook uit Joegoslavië. Een moderne jonge gozer, ‘had’ een geluidsstudio in Sarajevo. Ging ondanks beschietingen vanaf de bergen gewoon door met zijn hobby, wat moet je anders.
Op een goeie (slechte) dag kwam hij fluitend de hoek om en kon zijn studio niet meer vinden, een grote krater was alles dat restte, ik zei nog zo: “Geen bommetje”, weg investering, weg droom, weg alles, in één (oorverdovende) klap.
Die Sanna, koud in Nederland en hij overtreed de wet, namelijk: de sluitingstijdenwet, samen met mij omdat elke avond, met hem, top was.
Met wodka drinkende Russen dansen en zingen, zo van Kalinka, Kalinka. IJskoude, donkere Jägermeister drinken met een nog donkerder stamhoofd uit het snikhete Somalië.
Als er een fiets werd gestolen, wist je in ieder geval waar hij was, bij de asielzoekers, dat mis ik eigenlijk wel. Nu is weg, echt weg, helaas.
Wat we toen met angst en beven op ons af zagen komen, viel achteraf heel erg mee, de hele wereld kwam op bezoek. Een wereld van boeven, gelukszoekers en echte vluchtelingen.
Probeer het eens, doe een beetje aan omdenken (moderne term, doet het altijd goed in zo’n column). Maak eens een praatje met ze en je zal zien: Asielzoekers, het zijn net mensen.

Tekstverantwoording: Mink Out. Meer: www.conck.nl

Lees verder

De bewonersbijeenkomst. Minks wekelijkse column 15-9-2015

De bewonersbijeenkomst. Minks wekelijkse column 15-9-2015

De koffieketel staat oprispend vol te zijn. Ambtenaren van de gemeente ‘Haviksoog aan de snavel’ hebben borden neergezet met daar op plattegronden over de herinrichting van het verpauperde hertenkamp. De geluidsinstallatie en beamer staan op scherp om de burgers op deze voorlichtingsavond klip en klaar uit te leggen wat de plannen zijn. En uiteraard is er ook ruimte voor inspraak door de burgerij, indien mogelijk.

“Ze zullen toch wel komen” grapt de zaalverhuurder, “Nou ja, het is pas vijf voor zeven dus we hebben nog even” zegt één der gemeenten ambtenaren kalm en onverschrokken. Langzaam loopt het zaaltje redelijk vol, de koffieketel lijkt net zo opgelucht als de zaalverhuurder die de kopjes als vliegende schoteltjes over de hoofden ziet gaan.
Dan bijt de gemeente-projectleider het spits af en legt vriendelijk uit wat de bedoeling is, gevolgd door wat opgetrommelde experts die ook een duit in het zakje doen met enkele woorden van ernstig belang.
De burgerbevolking mag spreken, onheilspellend veel vingers gaan de lucht in, er dreigt een lange avond.

De Huisvrouw, omringt door de geur van appeltaart en perencompote, mag als eerste: “Waarom geen fruitbomen in plaats van de door jullie voorgestelde iepen?” De groenteboer: “Fruitbomen, neen dat gaat alleen maar liggen rotten en wat denk je van de wespen”. De Milieu activiste: “Als u het geplande parkeerterrein realiseert, komt de paddentrek in problemen, had u daar al aan gedacht?” -Overigens, een pad is daar waar gelopen wordt, oud Chinees spreekwoord, wellicht van toepassing op dit verhaal-. “A pergola for some shadow in summer” sprak de bleke Engelse expat met het besproette gezicht.
“Er moet natuurlijk wel meer speelmeubilair komen” sprak de zwangere moeder. “Ik denk aan vleermuiskasten, dat zijn erg nuttige beestjes” opperde een man met opvallend lange hoektanden. “Genoeg lantaarns om in het donker tegen te kunnen leunen” sprak de opgedirkte vrouw wiens borsten, in haar gedecolleteerde etalage, als drilpuddingen heen en weer lilden.
De schrijfambtenaar pende tot ‘krampes’ voort en mijmerde met weemoed over het besluit af te zien van zijn VUT regeling destijds.

De moraal van dit verhaal lijkt me duidelijk, de zaalverhuurder ging in ieder geval tevreden naar huis.

Overeenkomsten zijn toeval.

Tekstverantwoording: Mink Out. Meer: www.conck.nl

Lees verder

Tijd kopen. Minks wekelijkse column 9-9-2015

Tijd kopen. Minks wekelijkse column 9-9-2015

Joop: tachtig, sukkelt als op eieren, steun zoekend tegen gevels voorwaarts. Hij gaat naar dat winkeltje op de hoek.
“Wij kopen en verkopen alles”, zegt het bord boven de deur.
Joop stapt binnen, waar een lawine van stilte hem kalm welkom heet.
Slechts het afstervend geluid van de windgong, die dienst doet als toegangsverklikker, stoort passend met een enkel vederlicht tingeltje.
Levensecht kijkt de opgezette zwarte kraai hem uitdagend aan.
Zwart-wit kiekjes van mensen uit lang vervlogen tijden zitten in open geslagen fotoboeken. Hij bladert ze door en ziet gelijkenis met zijn eigen leven.

“U komt tijd kopen?” vraagt plotseling een stem vanuit een duistere hoek. “Hoe weet u dat?”, “Mijn naam is ‘Toekomst’, aangenaam, alles wat gaat gebeuren heb ik al meegemaakt. Stel dat ik tijd kan leveren, waarmee denkt u dan te betalen?” “Met geld, daar heb ik zat van”. “Nou neen, dat zou te makkelijk zijn, tijd wordt betaald met tijd, je levert verleden in, en krijgt toekomst terug”. “Ok, dan lever ik bij deze mijn middelbare schooltijd in!” Dan klinkt uit een andere hoek ook een stem: “Neen Joop, die middelbare schooltijd kan niet, je werd gepest”. “Hoe weet jij dat?”. “Noem mij maar ‘Verleden’, ik heb van een ieder, alles meegemaakt wat reeds gebeurd is. De prijs wordt betaald in positieve-tijd, voor minder doen we het niet.
We willen de eerste tien jaren van je vaderschapstijd voor tien jaar langer leef-tijd, take it or leave it!” “Dat meen je niet, het was de gelukkigste tijd van mijn leven, raak ik die herinneringen kwijt?” Nou, niet alleen de herinneringen: je zal geen kinderen hebben, zij merken niets, gewoon nooit geboren, that’s all”.

Uit de andere hoek spreekt wederom ‘Toekomst’: “Joop, stop met prakkeseren, je gaat het toch niet doen. Geniet van het cadeau dat leven heet, je bent er toch, voor hoe lang weet alleen ik, koester deze rusttijd.
En nu Joop, sluitingstijd, ik ‘Toekomst’ krijg nog veel toekomende tijd en daar in die andere hoek zal ‘Verleden’ ook meer en meer moeten onthouden van toentertijd.
Joop, je bent op de plek waar ‘Verleden’ en ‘Toekomst’, ‘Heden’ kussen, laat dat waardevolle moment niet bederven door doodsangst”.
De zwarte kraai wendt zijn verslindende blik af en vliegt naar buiten, Joop strompelt huiswaarts, de winkel sluit op tijd…. die niet te koop is.

Tekstverantwoording: Mink Out.

Lees verder

Helder licht. Minks wekelijkse column 2-9-2015

Helder licht.                    Minks wekelijkse column 2-9-2015

 

Als ik ‘s nachts naar huis rijd trekt het schijnsel van de heldere TL buis boven een portiek steevast mijn aandacht.

Hier woonde jaren geleden Marilyn, ik liep tegen haar op tijdens een bruiloft en was meteen verkocht.

Na het omkopen van de DJ en wat koeien met gouden horens, voelde ik tijdens het slowen de warmte van haar delicaat lichaam door een flinterdun jurkje heen. Die bedwelmende warmte waar menig man willoos zijn vingers aan brandt. Van binnen onzeker als een Juffershondje maar van buiten vastberaden als een West Highland White Terriër begon hier onze liaisons dangereux (gevaarlijke verbintenis).

Ja, ze bleek al min of meer bezet te zijn door iemand die niet echt bij haar paste, zei ze. Hij was succesvol bokser maar te ver weg, op de avond dat ik met haar de divan deelde in dit huis van de heldere TL buis.

De bel ging, ze keek uit het raam naar beneden en sprak nerveus: “Er uit, daar is tie”, nou moet u weten dat ik niet voor een kleintje vervaart ben, maar ja een succesvol bokser? Het juffershondje in mij wilde met een hoog stemmetje gillen, IK BEN ER NIET, IK BEN ER NIET!!! Maar de West Highland White Terriër sprak beheerst: “Is there an exit in da house?”

Tegenover haar voordeur was de lift waar Marilyn mijn kleren en schoenen in smeet, ze drukte op de 11e en fluisterde: “217, mijn vrijgezelle buurvrouw Doutzen, je had haar laatst nog gesproken”. Daar ging ik dan, in adamskostuum met de lift (gelukkig) naar boven.

Wát kleding kreeg ik aan, maar toen Doutzen, in kort T-shirt, de deur opende stond ik daar wel als een Christusfiguur in kruisigingstenue.

‘s-Morgens werden we na een korte nachtrust wakker van de bel, Marilyn kwam binnen en gedrieën gebruikten we suf, voldaan en met verwarde haren het ontbijt, was die succesvolle bokser alweer verdwenen ?????? Ik ben niet zo’n complottheorieën figuur maar wellicht was er helemaal geen succesvol bokser aan de deur die nacht.

Bij deze gedachte maakt de gematigde glimlach op mijn lippen plaats voor een grote grijns.

Doutzen doet tegenwoordig iets in mode en aan Marilyn, helaas té vroeg overleden, denk ik nog dagelijks, zolang haar helder licht maar over mij blijft schijnen.

 

Iedere overeenkomst met genoemde personen of anderen berust op louter toeval. Tekstverantwoording: Mink Out.                       Meer: www.conck.nl

Lees verder

Fijn een stukje fietsen. Minks wekelijkse column 26-8-2015

Fijn een stukje fietsen. Minks wekelijkse column 26-8-2015

Het nieuwe fietspad op de Hoekweg in Voorburg langs de Trekvliet is nog niet klaar, maar wel rij rijp. Alleen nog de nieuwe, ouderwetse straatverlichting en the finishing touch: een steenmotief print. Mijn voorgesteld tijgerprintmotief werd, als niet passend voor een straat van deze statuur, weggestemd.
Enfin, een ieder die dat wil kan via deze fietsstraat (met auto’s te gast) lekker gladjes van Rotterdam naar Den Haag en vice versa rijden, het is maar even dat jullie het weten. Het werkt wel, steeds meer mensen zie ik voorbij pedaleren: afhankelijken, bakfietsers, uitgewekenen, verliefden, enz. Hieronder een greep uit de collectie.

-Verliefden. Hij trapt zich het leplazarus tegen de brug op, maar blijft quasi ontspannen, glimlachend met haar praten. Hevig verliefd zijn ze, dat zie je in één oogopslag aan de manier waarop ze met elkaar op die fiets zitten. Zij achterop in amazonezit met de armen stijf om zijn middenrif terwijl haar lichaam onder zijn arm door steekt. Ze zit als het ware om hem heen gekruld zodat ze in elkaars ogen kunnen versmelten. Deze twee-eenheid krijgt geen genoeg van elkaar. Ik gun het ze, beter gaat het niet worden, of wel. Fijn een stukje fietsen.

-Bakfietsers. Ze zwoegt over het stuur gebogen, zwetend als een otter, het haar voor de ogen, tegen de brug op. Vier rode peenhaar kleuters zitten stierlijk te vervelen in de bakfiets, terwijl ze als koningskinderen gereden worden. Ze denkt: lekker trendy, maar in het vervolg neem ík de auto en gaat hij maar fijn een stukje fietsen@*/#.

-Afhankelijken. U kent het misschien wel, die kinderen met zo’n aangehaakt fietsje achter die grote van papa of mama. Ze hebben het idee dat ze zelfstandig zijn maar gaan waar de grote leider ze brengt. Sturen, trappen lijkt te helpen dus ze gaan er vol overgave tegenaan.
Een tandem-achter-zitter, weet dondersgoed dat hij niet stuurt en lichtjes kan trappen. Hij vind het juist fijn, zo een stukje fietsen.

-Uitgewekenen. Hij rijdt met een rot gang van de brug af, en kijkt schichtig om zich heen. De kinderzitjes zijn leeg en zijn hoofd zit vol. Het huis aan puin geschoten met zijn vrouw er nog in. Geslagen en beschoten aan de grens van Macedonië en nu hopen op rust hier.
Kap is ff met grappen over vluchtelingen. Ga fijn een stukje fietsen.

Tekstverantwoording: Mink Out. Meer: www.conck.nl

Lees verder

Levensstroom. Minks wekelijkse column 19-8-2015

Levensstroom. Minks wekelijkse column 19-8-2015

Noem mij maar “Levensstroom”, zo wil ik dat graag.
Kleine druppels smeltwater spatten op rotsen uiteen om later sporen trekkend elkaar weer te vinden.
Plotseling ontspring ik, geboren, klein en kwetsbaar als een baby.
Sijpelend tussen kiezels door, ontstaat een puber-stroompje van te verwaarloze omvang. Een veelheid van eigenzinnige, kabbelende bergbeekjes voegen zich samen, men geeft mij een naam: “Levensstroom”, want dat ben ik.
Wasvrouwen boenen kleding, baadsters bedruipen hun wellustig lichaam en kinderen spetteren schaterend van pret in mij rond.
Ik bevloei vruchtbare aarde om gewassen te laten groeien.
Stroom over of onder raderen van molens, die bomen tot planken zagen en tarwe tot meel malen.
Op de dag een levensader die, gestreeld door de zon, schittert als het zilver van een eens vergane vloot. In de nacht een ruisende stroom die gestaag door het laagland slingert om water naar de zee te dragen.
Mens en dier laven zich onbegrensd aan mijn ‘eau de vie’.
Vissen zijn in hun element, aantallen nemen toe en voorzien mens en dier van voedsel. Zalmen gaan tegen mij in, tot de oorsprong waar leven en dood met elkaar stuivers wisselen.
Dan word ik een volwassen levensstroom, steden klitten aan mijn oevers. Boten varen af en aan door mijn golven gedragen.
Men spaart mij in bekkens om straten te verlichten, huizen van gemakken te voorzien en fabrieken te laten draaien.
De winter zet in, mijn souplesse verdwijnt, schaatsen kletteren op mijn vries, krakend oppervlak. Goed gemutste mensen en kinderen met dikke jassen, handschoenen en dassen kunnen hun plezier niet op.
Het duister valt, een snijdende wind jaagt huilend de stuifsneeuw over mij heen, ongenaakbaar blijf ik hieronder.
De dooi verandert mij in een onstuimig beest, schuim koppend imponeer ik een ieder die op mijn waterweg komt. Als een woeste massa raas ik langs stapels zandzaken en stoere dijkbewakers. De lente meldt zich, u kent dat wel; bloemetjes, bijtjes, stoere jongens en argeloze meisjes. Geklepper van ooievaars overstemd mijn kalmerend gekabbel rond strekdammen.
Watervogels strijken neer in uiterwaarden om de wijd opengesperde snavels van hun jongen te vullen met voedsel uit mijn schoot, wederom doe ik mijn naam: “Levensstroom” eer aan.
Aan het eind van het vlakke land, stroom ik in een schier oeverloze zee als herhalend onderdeel om het leven te laten leven.

Tekstverantwoording: Mink Out.

Lees verder

Gekkenhuis. Minks wekelijkse column 12-8-2015.

Gekkenhuis.     Minks wekelijkse column 12-8-2015

Het voelt vertrouwd wanneer ik na jaren het toegangspad van het klooster Saint-Paul-de-Mausole op loop. Cipressen wuiven me een warm welkom toe. Entree betalen aan een aardiger mens dan 2 jaar geleden, mag nu ook mijn spullen stallen. Voordeel van zo’n herhalend bezoek is dat je weet wat er komt en daarom, zonder haast, meer kan genieten. Aan het eind van het pad staat een bronzen beeld van een mager mansfiguur met puntneus, die ik aanzag voor Don Quichot. Overigens hadden de nonnen van dit klooster voor het geestelijk welzijn van deze molenbedwinger, misschien ook een lans kunnen breken. Het bleek Van Gogh te moeten ‘verbeelden’: The Sunflowerthief. En dan……één van mijn meest favoriete plekken op aarde.

Het duizend jaar oude stenen bankje in de hoek van de binnenplaats. Als je gek bent, heb je grote kans hier weer normaal te worden of iets dat daar op moet lijken. Vogels en vlinders vliegen in het rond. Bijtjes gonzen van bloem tot bloem en doen hun bestuivend werk. Als beloning drinken ze nectar uit kelken waarin hun gezoem net even anders klinkt. De zon schijnt en krekels spelen als op duizend violen een vrolijk welkomstlied. Ik bedenk me dat het op den duur ook gekmakend kan klinken. Zo gekmakend dat je bij een aanval van hysterie, trillend met opgetrokken knieën en stijf dichtgeknepen ogen op hetzelfde bankje je oren dicht drukt om van dit krekel gekrakeel verlost te zijn. Ik heb geen aanval van hysterie, ik zit hier kalm, kalmer te worden. Kijk langs de gevel omhoog, gordijntjes achter blauw gekozijnde raampjes zijn van onderaf verteerd doordat er geen leven meer achter zit. De zonnewijzer doet niet aan zomertijd en laat zijn schaduw een redelijk zekere toekomst voorspellen. Duiven fladderen bij de eenzame torenklok, het ritselen van papier verstoort mijn dobberen in dit rimpelloos water. Toeristen met kinderen, blikjes cola en zakjes chips overstemmen de krekels. Even speel ik met de gedachte om onder het slaken van rare kreten als een dolle met mijn ogen te gaan draaien, hebben ze thuis echt wat te vertellen. Maar met de kans op een permanent verblijf in dit gekkenhuis heb ik deze ludieke grap maar uit mijn zieke hoofd gezet. 

Vriendelijk groetend, gelukkig weer weg van deze plek waar ik me stiekem ook wel een beetje thuis voel, au revoir”.
Tekstverantwoording: Mink Out.

Lees verder

Wij zijn aan de beurt. Minks wekelijkse column 2-8-2015

Wij zijn aan de beurt.        Minks wekelijkse column 2-8-2015

Zijn jas en schilders buis hangen aan de kapstok. In het asbakje ligt een half opgerookte sigaret alsof hij even weg is.
De hoge sleuf, in de muur, om grote doeken in en uit het atelier te krijgen, staat open, komt er zo zeker nog één binnen?
Er hangt een -hij is zo terug- sfeer, in deze ruimte, maar schijn bedriegt. In 1906 liep Paul Cézanne dit huis uit met een obsessionele hang om verschillen in jaargetij en dag verloop op doek te krijgen. Zo gedreven, dat hij regen en wind trotserend, door werkte. Hij liep longontsteking op. Daags later overleed hij; 67 jaar oud. Hij was zeg maar, in het zadel van de schildersezel gestorven.  
Scheuren in het plafond onthullen achterstallig onderhoud, een teken aan de wand van te weinig bezoekers?

De kinderen hebben geen fut meer om binnen te gaan en hangen amechtig naar lucht happend over de terrastafels in de tuin. Het klimmen tegen de stijl omhoog lopende straat heeft de interesse tot een absoluut nulpunt doen dalen. Vader praat als Brugmann over de kunstschilder die hier, op deze plek menig meesterwerk maakte. “De bruggenbouwer naar het fabuleuze kubisme”. Alles leuk en aardig, ze zijn nu wel klaar met die goed bedoelde kunstminnende opvoeding. 
“Oké, rusten jullie maar uit, dan ik ga wel alleen naar binnen. Dadelijk lopen we nog verder de berg op waar Cézanne zijn beroemde serie schilderijen van Mont Sainte Victoire maakte”.
Vader snelt door de deur naar binnen, het tegensputteroffensief om moeder het antilopen kamp in te dirigeren brand los.

En ik, toeschouwer, kom wel moeiteloos boven, met de Honda Shadow. 
Het uitzicht op Montagne Sainte-Victoire; gestolen door yuppen die, vanuit hun design huiskamer, bezoek imponeren met zicht op ‘Cézanne ’s berg’.  Een stil leven van geplette, bierblikken en verkreukelde chips zakken bij een uitgebrand kampvuur staan in schril contrast met de meesterwerken hier ooit gemaakt. Tussen gehavende reproducties, maak ik dit geschreven ‘meesterwerkje’. 
De amechtige familie Antilopen heb ik overigens niet meer gezien. 
Wanneer ik de berg af rij komt er een nieuwer mens, skateboardend met een rot gang voorbij, alsof hij zegt: “Opzij wij zijn aan de beurt”.  
Door het venster van Cézanne’ s  schilderijen ontdek ik dezelfde houding; opzij, wij zijn aan de beurt. Een menselijke eigenschap; toen, daarvoor, nu en hierna en gelukkig telkens opnieuw fris vernieuwend.

Tekstverantwoording: Mink Out. 

Lees verder

Place de Resistance. Minks vakantie geleuter 29-7-2015.

Place de Resistance. Minks vakantie geleuter 29-7-2015

 

Onder het bladerdak van grote kastanjebomen op Place de la Résistance vind ik beschutting tegen de verzengende hitte. Zittend op een bankje van deze zuid Franse gemeente Albi, kijk ik etend om me heen. Tussen een veelheid van herdenkingsplekken voor de Grand Gare (eerste wereldoorlog) hier één ter ere van de tweede wereldoorlog. Een bloemenzee omsluit het monument, een rechtopstaande kei met het opschrift: In memoriam 22 aout 1944. Blijkbaar hebben de Nazi’s toen der tijd ook hier rukzichtlos laten zien dat ze de baas waren.

In de verte luidt een kerkklok, het lijkt wel of bij iedere slag dit onthaastend-zondagsgevoel mij nog verder in bezit neemt. Ik kan het wel uitschreeuwen van geluk, niemand die iets van me moet. Gewoon zonder drukkende tijdslimiet lekker een verhaaltje schrijven. Een klus, dat relaxen, zwaarder dan actief zijn, taken en opdrachten schieten door mijn hoofd en ik zeg steeds nee. Het is vakantie en volgens de gene die mij mogen, nog verdiend ook.

Er fietst een man voorbij met een dikke joint, provocerend tussen zijn lippen geklemt, hij kijkt me aan of ik wel geinponeerd ben. Nou, wij uit Holland schrikken niet zo snel van een blowtje vriend. Geshockeerd van mijn niet geshockereerd zijn pedaleert hij geïrriteerd verder. Het zal allemaal wel los lopen, zeker nadat zijn vervaarlijk uitziende, zwiebelstaartende hond, hem los lopend blijft volgen.

Een lauwwarm zuchtje wind streelt mijn gezicht en brengt iets dat lijkt op verkoeling. Vogeltjes fluiten, een oude man komt naast me zitten, de stilte is te snijden. Ik durf niets te zeggen, ben de Franse taal niet machtig. Als het me toch te machtig wordt breek ik, ondanks de hitte, het ijs. Na ‘hoofdtalend’ gerepeteerd te hebben, zeg ik: ”Moi, un petit Francé, un conversation avec moi est terible”. De sluis gaat open, een stortvloed binnensmondse woorden doet mij net niet hopeloos verdrinken in een kolk van onbegrip. Na een half uurtje van wederzijdse inzet hebben we toch iets van een conversation, en dan gaat het snel, zo gaaf, die platte Haagse cafébaas met die Midi Pyreneese boer.

Moeten we vaker doen; met vreemde praten op een plein van verzet, leer je elkaar ook is wat beter kennen.

Tekstverantwoording: Mink Out. Meer: www.conck.nl.

Lees verder

Website by Splendit 2024

Kinderdisco