CAFÉ DE CONCKELAER IS OP DONDERDAG, VRIJDAG EN ZATERDAG GEOPEND VAN 16:00 TOT 24:00U . ZONDAG ZIJN WE OPEN VAN 16:00 TOT 20:00U. IS HET TERRASWEER DAN GAAN WE OP DIE DAGEN EEN UURTJE EERDER OPEN.

ലൈഫ്റിവാർഡ്ആക്ഷൻ!!!!  Minks wekelijkse column 24-10-2018

ലൈഫ്റിവാർഡ്ആക്ഷൻ!!!!  Minks wekelijkse column 24-10-2018

Ik had het een beetje gehad, vond er niet meer zoveel aan, wat iemand gaat eten hoef ik nu echt niet meer zo nodig te weten.

Een keertje is leuk maar ik weet nu wel dat jou handpict rotishop de beste is en die andere honderd, waar jij niet komt, niks.

En die kinderen met hun judodiploma voor de rode slip, ja voor hen is het natuurlijk hartstikke leuk, daar zal je me niet over horen, maar eerlijk gezegd interesseert het mij eigenlijk niet zo heel veel, u wel?

 

Verjaardagen van huisdieren of mensen die de wereld de verlossende boodschap brengen van: heeft een relatie, als waren zij telgen uit een roemrijk, adellijk geslacht waar een baby van wordt verwacht.

Heb je ook nog die kroegbaas welke zijn oude moeder van hot naar her sleept, voor een foto, om zijn tanend imago op te krikken.

En dan die figuren waar je taal noch teken van ziet totdat ze op vakantie gaan en langs neus en lippen melden: Is onderweg naar Bali.

En wat dacht u van het ‘literaire genie’ die elke week een gaap verwekkend schrijfsel genaamd ‘column’ door uw strot wil duwen.

Om lange ‘ik zal gelijk hebben’ discussies te vermijden laat ik zwarte sneeuwpoppen en witte melk onderwerpen maar eventjes links liggen.

 

Neen, ik was het zat, dat kneutergeleuter op Face Book, totdat……

Totdat ik van de week, ondanks mijn ‘zat zijn’, toch weer even moest scrollen en op een pagina stuitte die mijn interesse wekte.

Voor ik het wist was ik aan het chatten met mensen uit Frankrijk, Australië, Polen en jawel zelfs iemand uit Myanmar.

Een talenknobbel was niet nodig, na een druk op de vertaalknop was, zelfs het Myanmarees, een soort rondjesvermicellischrift, net zo simpel leesbaar als de songtekst van Dikkertje Dap.

 

Een wonder, we chatten voluit over (in ons geval) kunst, de wereld lag nu echt aan mijn voeten, beter geschreven onder mijn vingerspitzen.

Dat sluimerde natuurlijk allang, maar nu werd ik pas écht wakker.

Dus heb je het ook helemaal gehad met dat Face Book gebral, zoek een mondiaal platform voor je passie, plaats een foto of zo en je zal zien, er gaat een wijde wereld voor je open, FB re-invented.

En natuurlijk was het beginstukje (grotendeels) cynisch bedoeld.

O, nog even dit: “ലൈഫ്റിവാർഡ്ആക്ഷൻ”, dank voor de aandacht.

 

Tekstverantwoording: Mink Out.                     

Lees verder

Ziekenbezoek. Minks wekelijkse column 17-10-2018

 
Ziekenbezoek. Minks wekelijkse column 17-10-2018
 
Hij liep krom van de pijn, hoge koorts, niet uit te houden.
“Gelijk naar het ziekenhuis ”, had huisdokter Tulp bevolen.
Was natuurlijk meteen raak……blijven, slang door de neus, niet eten en woestijnmatig drinken, het was niet echt een feest geweest.
De lokkende fruitmand, met liefde geschonken door de collega’s van de behanginpakafdeling, bleek een niet te verdrijven kwelgeest.
 
Hij had bijna niemand op de hoogte gebracht, een boek en een laptop voldeden om berustend op betere tijden te wachten.
Hoe ze het wisten mag Joost weten maar hij schrok zich rot.
Sjaan en Daan, plots staken hun onheilspellende tronies zijn serene kamer in, met zo’n blik van: zeker blij verrast met dit reddend bezoek.
Beiden hadden zo’n Cliniclown-neus op, al toeterend met hun gekleurde roltongen en stomme zelfmaakhoedjes veranderde zijn oase van rust in de chaos van een carnavalsruimte bij de hit: ‘Bloemetjesgordijn’.
 
Het werd een erg lang bezoekuur met mensen die hij (liever) nooit zag, ze moesten nodig praten over hoe het nu met hem ging en zo.
Ze hadden hem ‘legguh’, geen mogelijkheid om er onderuit te komen.
Genot, gezien de slang door zijn neus, was dat de vloeiende ‘monoloog’, die over niets anders dan henzelf ging, geen antwoord behoefde.
 
Dan was daar ook nog een lullig plantenstukje, in zo’n pitrieten mandje, met allerhande sprokkelwerk van een druilerige herfstwandeling.
Dode bladeren, takken, eikels en dennenappels, het had wat weg van een koninklijk landgoed na de openstelling voor het volk.
Dik na het vertrekverzoek rukte de zuster de derde bak koffie uit hun handen om hem te verlossen van deze onstuitbare aandacht.
 
De rust was na boven beschreven audiëntie stukken minder, ieder bezoekuur loerde hij bevreesd vanonder het opgetrokken laken naar de deur, beducht voor weer zo’n riant gebaar van genegenheid.
Enige voordeel aan het eind van hun ziekenbezoek was dat de fruitmand geplunderd achterbleef, slechts het glimmend nepstro wat pitten en schillen bleven als stille getuigen van hun brute inhaligheid. Het koninklijk landgoed kwam in de plaats, stukken beter te behappen.
Vraag: slaat de naam ziekenbezoek nou op de patiënt of het bezoek?
 
Tekstverantwoording: Mink Out. 

Lees verder

O !!!! Minks wekelijkse column 10-10-2018

 
O !!!! Minks wekelijkse column 10-10-2018
 
 
“Zo, dat is een kekke karretje” sprak de kroegbaas vanaf het terras toen Spike van een fonkelnieuwe, vuurrode fiets afstapte.
“Ja elektrisch Mink, helemaal hip” sprak deze terwijl hij zijn nieuwe trots met een flink aantal forse sloten behing.
Geïnteresseerd, met mijn handen in de zakken, slenterde ik rond het stalen ros, er zat zo’n aan en uit knop op zoals bij apparaten in huis.
“Hoe hard gaat tie eigenlijk”, “nou, zeker wel 45 kilometer per uur, ben zo vanuit Den Haag centrum in Zoetermeer, helemaal top”.
Toen hij het knopje indrukte, lichte het beeldschermpje op, begeleid door allerlei piepjes, een heuse computerfiets die in de verste verte niet meer leek op dat oude postcodeloterij-ding van mij.
 
“Enne, hoe ver gaat tie met één accu Spike?”. “Nou ja, op ecostand wel 180, staat in de folder, en op standje sport zo’n 65 kilometer.
Hij communiceert via een app met je mobile telefoon, en als hij gepikt wordt kan je hem op afstand uit zetten en zelfs blokkeren.
Ze moeten hem dan met zich meeslepen en ik kan zien waarheen”.
 
“Nou, Spike, als je het niet erg vindt dan wil ik er wel ff een stukkie op rijden”, hij keek wat benepen en stemde schoorvoetend toe.
De hele sloten santenkraam, ondanks de geavanceerde antidiefstal features, werd weer afgetuigd en ik nam het rit aan.
Meteen werd ik overspoeld door een gelukzalig gevoel, u kent wellicht die opwinding waarbij je het wel uit kan jubelen van aanzwellende vreugde.
 
Hij ging nog hard ook, was nagenoeg geluidloos en milieusparend, wat kon een mens in deze tijden van opwarming der aardkloot nog meer wensen, ik zou er voor mezelf ook maar eens eentje aanschaffen.
Hield ik mijn nep-Harley voor zon- en feestdagen. Déze kon ik wél in mijn portiek parkeren, wat met de motor sinds kort niet meer mocht.
Met hoge snelheid race-te ik op de stoep de hoek om en kwam met piepende banden tot stilstand: “tering, dit is echt gaaf, wat kost zo’n dingetje nou Spikey, gozahtje?”
“Elfduizend eurietjes Minkie, gozahtje……………”.
”O !!!!”
 
Tekstverantwoording: Mink Out.
 

Lees verder

Inbraak (verb). Minks wekelijkse column 3-10-2018

 
Inbraak (verb). Minks wekelijkse column 3-10-2018
 
Als ik thuis kom zit het kattenontvangstcomité, tegen alle verwachting in, niet in de vensterbank op mij te wachten.
De voordeur is van binnen afgesloten om de vrije aftocht der inbrekers, die net mijn huis bezochten, langs achter te garanderen.
Het slaapkamerraam wagenwijd open, inhoud van kastjes en laden ligt door het hele huis verspreid over de vloer. Kussens van de bank getrokken, koffers open op een afgehaald bed, schilderijtjes hangen schots en schreef, tis om te huilen maar ik hou me goed.
 
“Laat u alles zoals het is dan komt morgen de forensische dienst naar vingerafdrukken zoeken”.
Blijven tussen de puinhopen van deze ongenode bezoekers doet mijn psyche geen deugt dus dan ‘van armoe’ maar naar het nachtcafé.
Goed bedoelde, troostende verhalen van doorgesneden kelen en aan flarden geschoten hoofden kunnen mijn dorst naar geborgenheid niet lessen dus nóg maar een troostbiertje.
Onzekerheid nestelt zich in mijn hoofd, met tegenzin naar huis.
Dronken en voorzichtig, om niets aan te raken, slinger ik naar bed.
Snel in slaap, geen galopperende nachtmerrie klattaklopt me wakker.
 
In ’t donker buiten de was ophangen? Ik wacht maar tot morgen bij daglicht………neen, neen ik doe het NU, weifelend en alert de tuin in!
De deur van het kantoortje, waar de chaos het grootst is, open of dicht, neen, ik laat hem open, maar wel zo snel mogelijk opruimen.
Ter afleiding maar even een stukje televisie……..niets, de inbrekers hebben zelfs het Ziggokaartje meegenomen.
Dan maar een verhaaltje schrijven, bij elk geluidje spits ik mijn oren.
De wasmachine die plots centrifugeert doet mijn hart in de keel kloppen, slapen met een breekijzer naast bed, je weet maar nooit.
Vertel mezelf dat dit overal gebeurt, ik was nu gewoon aan de beurt.
Ruim de chaos op en blijf doen wat ik deed, zoals ‘s-nachts de was ophangen, anders doe je het nooit meer, sla de bladzij om.
 
Nu jaren later heeft het dit kwalijk gebeuren een plekje in de koude grond van mijn kerkhof der slechte ervaringen. Door dit verhaal stamp ik lachend de grond nog even aan, doet me niets meer.
Slachtofferhulp? Dat was ik zelf, gezond verstand was voor mij zat.
 
Tekstverantwoording: Mink Out Meer: www.conck.nl

Lees verder

Een echte man. Minks wekelijkse column 26-9-2018

Een echte man. Minks wekelijkse column 26-9-2018
 
Ik heb de gewoonte alles scherp in de gaten te houden, schrijf maar: te observeren in de slechtste zin van het woord.
Eigenlijk ben ik een nette ‘voyeur’ van het zuiverste soort.
 
Zo ook in deze Amsterdamse nachtkroeg waar ik wat biertjes nuttig.
De barman heeft een sleeve, u weet wel zo’n tattoo, onmisbaar voor de moderne man van enige betekenis of wat er voor door moet gaan.
Bij profvoetballers of zo staan ze wel tof maar niet bij deze man,
die met de gratie van Femke Halsema hier de drankjes schenken kan.
Om dit certificaat van stoerheid plaats te bieden is zijn arm te dun. Het heeft bij hem meer weg van zo’n kleurig plakplaatje uit een poëziealbum dat het mierzoet verhaaltje extra moet ‘oplieven’.
Een ieder doet wat hij wil maar in zijn schoenen staand had ik dít binkerig ‘meesterwerk’ toch maar even overgeslagen.
 
Wat biertjes verder vermoed ik spillearm’ s ware rede der vergeefse inkt-uitspatting te hebben ontdekt.
Het enige, dus ook mooiste meisje aan de bar blijkt zijn vriendin.
De aandacht der opdringerige mannen om haar heen absorbeert ze gelijk een spons, het stuwt haar vrouwelijkheid op tot een bijna krolse manier van gedraging, slechts het hol huilend geluid ontbreekt.
 
Stiekem strelende handen gaan, waar hij ze geenszins vermoedt en God zij dank niet ziet.
Terwijl ze met Rainbowboy blijft praten omklemt haar hele hand de steel van het wijnglas als strohalmhouvast in deez benarde positie.
Haar knokkels kleuren wit en ik vrees een breuk van het tere glas als ook in de klaarblijkelijk broze verkering.
 
Plots een alfa-mannelijke move, hij ritst een blik energydrank open en giet de inhoud, gelijk Popeye de spinazie, vloeiend door zijn keelgat.
Terwijl hij haar belagers diep in de ogen kijkt knijpt hij stoïcijns het dunne blikje fijn en brult een half uur voor tijd: “We gaan sluiten”!
Het grote licht is te vroeg, terugtrekkende handen te laat, haar gloeiende rode konen blijven, zijn magere vuisten gaan, glazen sneuvelen, pinda’s rollen, krukken vallen, zij zwijmelt, een echte man.
 
Tekstverantwoording: Mink Out. Meer: www.conck.n

Lees verder

Een prachtig oog. Minks wekelijkse column 19-9-2018

 
Een prachtig oog. Minks wekelijkse column 19-9-2018
 
De erfenis van een samenwooncyclus waar ik verder niet op in zal gaan vanwege het private karakter waren drie katten.
Wat specifieker: twee poezen en één kat. Nog preciezer: ze heten Truus, Trees en Toon. Gezinsopbouw: Toon is Trees ’s zoon, Truus en Trees zijn zussen. In dit verhaal makkelijk om te weten.
 
Ik vind dat iedereen recht heeft op zelfontplooiing, zo ook mijn huisdieren, het kattenluik was de toegangspoort naar de wijde wereld.
Als kleine wiebelkatjes was dat geen probleem, schuttingen en wat bakstenen voor de spleet onder de tuindeur garandeerde een veilige jeugd van spinnen, stropen, rondjes lopen en lavendelstruiken slopen.
Op een dag was de tuin te klein en werd de schutting, via een boom in de hoek, geslecht. Het eerste schaap: onze prachtig groenogige Trees.
 
De eerste keer is altijd een risicootje maar meestal komt het goed.
Heb al zat van die wandelende bontvachtjes gehad, je zat een paar uurtjes in de zorgen maar ze kwamen altijd weer terug.
Zo groeien ze op als zelfstandige wezens met een groot netwerk en worden het geen geïsoleerde, lapzwansige vensterbankhangers.
 
Alleen dit keer werden die paar uurtjes vele etmalen, ze bleef weg.
Na twee dagen wist de hele buurt echt wel dat ze Treesje heette.
Als een schim liep ik over het nachtelijk kerkplein achter mijn huis.
Al zoekend lispte ik keer op keer haar naam, ‘t blijft toch je kind.
Een beenmergend klappent kattenluik verried slechts de rentree van Truus en Toon, niet van de verloren dochter waar ik node op wachtte.
Plots was ze terug, vocht liep uit haar linker oog, binnen een uur zaten we bij dierenarts Gierschnabel, hij had een (splinternieuwe) Porsche.
 
Het oog moest er uit, 375 euro, blij dat het er maar één was.
Deze prijs was niet inclusief een nieuw functionerend oog maar gewoon d’r uit lepelen, dichtnaaien en klaar, wat een pechvogel, deze poes.
Tijdens het maken van de columns slaapt ze in de prullenmand onder me, als het bedtijd is til ik haar op en druk haar zo tegen mijn wang dat ik in het éne oog kan kijken, een contact anderzijds onmogelijk.
Trees is mijn favoriet, grotendeels door dat………. prachtige éne oog.
 
Tekstverantwoording: Mink Out.

Lees verder

Langzaam zand, traag water. Minks wekelijkse column 12-9-2018

Langzaam zand, traag water. Minks wekelijkse column 12-9-2018
 
Mijn nieuwe ik vond het tijd de spijsvertering te bespoedigen dus na de aanschaf van sportschoenen en een trainingsbroek ging het richting loopparcours van zo’n veertig jaar geleden.
 
Onderweg naar het strijdtoneel, met mijn nep-Harley, bleek dat deze route, door de jaren heen van mij vervreemd was, afsluitingen en één richting, plopte als giftige paddenstoelen uit de straatstenen. Fietspaden met messcherpe haaientanden dreigden een ledemaat te amputeren als je de appende, stalen ros rookies geen voorrang gaf.
 
Niet alleen de weg er naar toe, maar ook het omzomend Duindorps gebied is danig op de schop genomen.
Het is niet zo erg dat hier een dik betaalde landschapsarchitect met visie lekker met zand heeft geschoven, maar mijn bunkers, bekende bramenstruiken en vliegerplek zijn verdwenen.
En dan die picknicktafel waar ik lang gelee op een zomerse, volmanige nacht met een prille liefde zoete gewenste intimiteiten had……weg!!
Ook al de paden waren uitgegumd, voor nu mijn grootste zorg.
 
Waar ik toen een ‘gewichtig’ opwind stopwatch en een zware discman (portable cd speler) mee zeulde voldoet nu een smartphone die naast boven beschreven functies nog veel meer in zijn mars heeft.
Na de eerste weifelende stapjes versnel ik toch maar even, het wordt zoeken, ‘niet veel is meer’ zoals het toen was.
Zen, yin yang, mindfulness, leuke kreten voor knotten, baarden, tweeverdieners en moderne bejaarden. Laat mij maar lopen.
 
Na jaren keert de cadanstrance terug, voeten ploegen zonder denken voort, hij is er weer, de vriend van weleer, ik miste hem zozeer.
Het oergevoel neemt bezit, gedachtes komen en gaan,
als witte meeuwen tegen donkere wolken, af en aan.
Een hond zoekt onverwacht, mijn vriendschap, zeewind huilt zacht.
Trek mijn sporen langs deze ruige kustlijn, wordt opnieuw geboren.
 
Ik laat mijn onrust maar, op het langzaam zand dat met traag water wegebt in een rusteloze zee en bedaar.
 
Tekstverantwoording: Mink Out. Meer: www.conck.nl

Lees verder

Flinterdun glas. Minks wekelijkse column 5-9-2018

Flinterdun glas. Minks wekelijkse column 5-9-2018
 
In het afzakcafé neem ik voorzichtig plaats naast Gerrit.
Onze paden kruisen elkaar, zo nu en dan, in het Haags nachtcircuit, we groeten elkaar en maken een praatje pot.
Gerrit is al jaren geleden de AOW-drempel overgestrompeld.
Zijn zwak stemgeluid en broze verschijning maken hem kwetsbaar, zo kwetsbaar dat ik bang ben deze man van glas te beschadigen.
Een gemeen hoestje verraadt de forse roker in hem, hij praat met zijn gezicht dicht op het mijne om het André Hazesgeweld het hoofd te kunnen bieden.
 
De wallen onder zijn ogen, de diepe groeven in zijn bleek gelaat en zijn golvend spierwitte haar getuigt van een bewogen leven.
Voor degene die het kan zien straalt deze markante kop wijsheid en levenservaring uit.
“Ik kom normaal om een uur of twaalf uit bed, lees een krantje, eet een eitje, half zacht, vind ik lekker, je moet toch wat eten.
Om een uurtje of drie in de middag doe ik dan meestal een hazenslaapje, daarna een beetje televisie en een makkelijke hap, tegen een uur of elf gaat het kriebelen, dan moet ik er uit voor een biertje.
Ik woon dichtbij dus ben ik er zo, neen kinderen heb ik niet, nou ja eigenlijk wel, mijn horecakinderen, ze hebben heel wat van me geleerd. Soms komt er wel eens eentje langs, zomaar of om uit te huilen.
 
Mijn hele leven in de horeca gesleten, ja gesleten, geen makkie maar je zit wel midden in het leven, altijd mensen om je heen.
Hard gewerkt maar ook veel gelachen, na de arbeid altijd nog ff wat drinken, daar ga je aan wennen.
Ik was geen horecaman maar deed ooit links en rechts wat klusjes, witten of zo, totdat er een kok ziek was en ik klaar met mijn klusje. Werd zo de keuken in gedirigeerd, ben er, als het ware, nooit meer uit gekomen. Spijt? Echt niet, geen moment!”
 
We praten, ‘schenken’ elkaar wat biertjes, knabbelen een pindaatje en roken (buiten) een peukje, kortom we krijgen waar we voor kwamen.
Mijn borreltijd is voorbij, we nemen afscheid. Ik met harde stem, hij zacht en hees, breekbaar als flinterdun glas. Ger blijft nog even, hij heeft nog niet genoeg van het broodnodig contact.
 
Tekstverantwoording: Mink Out. Meer; www.conck.nl

Lees verder

Trendy. Minks wekelijkse column 29-8-2018

 
 
Vanaf de bar hou ik een oogje op het terras, in de zon zitten, tijdens mijn werk, is te warm en steeds opstaan is ook niks.
Buiten, bij het raam, zit een gozer met zo’n hippe, antieke baard aan een tafel, Kompaan biertje voor zijn neus en zeer beleefd.
Het zou zo maar een jongen uit een sjiek modeblad kunnen zijn, hij is knap met van die kaken, trendy zonnebril, koptelefoon op zijn hoofd.
Hij zit daar best, doet niemand kwaad. Zijn rechter voet, gevat in een kekke sneaker, tikt zachtjes mee op de maat van muziek, denk ik.
Hij vermaakt zich opperbest zo met zichzelf in zijn veilige cocon.
Wat ik er van vind? Ja, t’ is wennen dat kaasstolpgedrag, totaal geen contact met de omgeving behalve met zijn ogen dan, hoewel ik dat tegelijkertijd ook weer betwijfel met al die veelheid van impulsen.
 
Plots begint hij te praten, een telefoontje (dat klinkt ouderwets). Vreemd gezicht eigenlijk, hij lacht en gebaart met zijn handen.
Het heeft iets weg van de dorpsgek van vroeger, die op straat, voor het vaderland weg, tegen dovenmansoren hele gesprekken ophing.
De reacties van voorbijgangers zijn ook niet heel anders dan toen, het staat toch raar, zo iemand die in zijn eentje voor zich uitpraat.
 
Ik denk het zijn vriendin is want zijn mimiek veranderd op slag in fluweelzacht, hij glundert van oor tot oor, ja die is smoorverliefd.
Als ik naar buiten loop omdat zijn Badgast op is hoor ik hem nog net, “tot zo” zeggen, hij gaat door met modern zijn en kijkt een filmpje.
Ineens vindt tie het blijkbaar genoeg en stopt de koptelefoon in zo’n trendy dichtvouwtas, zo één die je aan de bovenkant oprolt.
Het lijkt wel een bezoeker van een andere planeet wiens UFO straks naar het Enecodakje zigzagt en zwevend wacht totdat hij instapt. Een heel ander soort wezen dan ik, je zal mij niet met zo’n spierwitte koptelefoon op mijn knar over straat zien lopen.
 
Zo te zien is het mannen met baarden dag, er loopt er weer één het terras op, gelukkig nog een tafeltje vrij.
Huh, hij loopt op ‘Trendy’ af en zoent hem vol op de mond.
Ja, in heel mijn ‘scherpe’ observatie was me niet in mij opgekomen dat hij ook nog wel eens een vriend kon hebben.
Tjonge jonge, wat ben ik eigenlijk toch nog ontiegelijk ouderwets.
 
Tekstverantwoording: Mink Out. Meer: www.conck.nl

Lees verder

Meer.                                  Minks wekelijkse column 22-8-2018

 

We duwen de roeiboot bijna geluidloos af, en nemen beheerst evenwichtig plaats op Spartaanse houten zitplanken.

Olle, de meest geroutineerde onder ons, neemt de roeispanen ter hand en trekt de bladen, zonder al te veel reuring, met regelmatige slag door het aardedonkere water.

 

Langs de oevers, in de duistere bebossing rond dit meer verraadt een enkel lichtpunt een hut waar men op dit passend uur nog niet rust. 

Wellicht een pas getrouwd stel dat nog niet wil slapen of een gezin wachtend op de dokter omdat een van hun kinderen ziek is.

Het kan natuurlijk ook om een ouder echtpaar gaan waarvan er één de slaap niet kan vatten. Zoveel redenen kun je verzinnen, bijvoorbeeld ook dat ze gewoon vergeten zijn het licht uit te doen.

 

“Is het nog ver” vraagt Joop, mijn gemijmer spat als een zeepbel uiteen, Olle schudt nee en zet zijn bijna geruisloze roeibeweging voort.

Enkel zacht klateren van water, dat de riemen ontvalt als zij over het water scheren voor een nieuwe slag, en het daarop volgend plonsje, zijn de enige geluiden die deze nachtelijke stilte vriendelijk storen.

 

In het westen piekt een strook daglicht boven de bosrand uit omdat de zon, dit Zweeds zomers land, niet geheel aan het duister gunt.

Olle stopt met roeien en wijst ons waar we de eerste fuik moeten lichten, de spanning op het touw en bij ons neemt evenredig toe. 

 

De oude Germaanse god Freyr is ons klaarblijkelijk goed gezind.   Met emmers vol traag bewegende rivierkreeftjes keren we, wederom als dieven in de nacht, vakantie-huiswaarts, het is een goede vangst.

Een traditie in Zweden, in Augustus worden de kreeftjes meestal door mannen gevangen, door vrouwen bereid en gezamenlijk gegeten.

Er zijn er schadelijk veel dus op deze manier loopt het niet uit de hand en eet menigeen, uit het vuistje, zijn buikje rond.

 

Nu, terug in een overbevolkte Randstad, lijkt onze nachtelijke jacht op dit prachtig meer en zijn smakelijke prooi onbereikbaar ver weg.

Volgend jaar nog maar een keer,  we willen nog meer…….van dit meer.

 

Tekstverantwoording: Mink Out.                         

Lees verder

Website by Splendit 2024

Kinderdisco