CAFÉ DE CONCKELAER IS OP DONDERDAG, VRIJDAG EN ZATERDAG GEOPEND VAN 16:00 TOT 24:00U . ZONDAG ZIJN WE OPEN VAN 16:00 TOT 20:00U. IS HET TERRASWEER DAN GAAN WE OP DIE DAGEN EEN UURTJE EERDER OPEN.

Auteur Archief

Dat was Toon.             Minks wekelijkse column 13-9-2023

Dat was Toon.             Minks wekelijkse column 13-9-2023

Toon van Sjaan (mijn toenmalige buren) was in de gang gevallen. Dit was een flinke stap op weg naar een eindstreep, waar Magere Hein leunend op zijn zeis als enige supporter op hem wachtte.

Een nare slopende ziekte. Er was in Toons geval geen hoop meer.

Het verpleegbed werd in de huiskamer voor het raam gezet. Dan kon hij nog wat zien. Ze hadden een tv zonder afstandsbediening, dus zette ik die van mij in een spontane actie op het gammele kastje met Swarovski beeldjes neer.

Zo kon hij nog even door zijn binnenkort verdwijnende wereld heen zappen.

Zijn leven kabbelde nog een paar dagen voort, totdat ik ‘s-nachts thuiskwam. Sjaan wachtte me bij de deur op met de woorden: “Tis gedaan Mink”.

Ik nam het kleine vrouwtje troostend in mijn armen, ze huilde zacht.

Bij mijn binnenkomst zaten er wat familieleden, die ik nooit eerder zag, in de huiskamer aan een biertje, en of ik er ook een wilde, ze waren lekker koud.

Maar van Sjaan moest ik eerst naar Toon komen kijken, die er volgens haar mooi bij lag. Bij zijn leven was dat al niet zo, dus twijfelde ik daar sterk aan.

Ik wilde er onderuit door te zeggen dat ik hem liever herinnerde zoals hij was, maar ik moest en zou hem met alle geweld, dood, zien.

We liepen door het benauwde gangetje naar het achterkamertje. Sjaan drukte eerbiedig de deurklink naar beneden en opende zachtjes de deur.

Het deksel lag nog niet op de eikenhouten kist. Je kon Toon helemaal zien.  

Daar lag hij dan in zijn nette pak, compleet met stropdas, glanzende schoenen, manchetknopen, gouden horloge en wat ringen, mooier te zijn dan normaal.

De kist stond op een soort van tafel die bedekt was met een zwaar grijs kleed dat tot aan de grond reikte. Vanonder het kleed was een ongepast gerammel te horen hetgeen de piëteit voor de dode niet echt ten goede kwam.

“Wat is dat voor geluid Sjaan?”, “De koeling Mink”, “Kan die niet uit dan?”

“Dat mocht niet van die man”. “Nou, lekkere rustplaats dan”.

We gingen aan het bier. Er kwamen snackjes, een zoutje en een glaasje sigaretten. Op een bepaald moment werd er zelfs gelachen. Het ‘leven’ ging, ondanks de dode Toon in het achterkamertje, gewoon in rap tempo verder.

De begrafenis was zwaar. Sjaan en ik hebben het, onder een door mij meegebracht shoarmaatje of zo, nog vaak over hem gehad. Tis nooit meer gesleten dat gevoel van haar voor hem, maar hoe dan ook, dat was Toon.

   

Tekst: Mink Out.                          Binnenkort misschien de nieuwe bundel uit.


1874 Melancholie. Edgar Degas.

 

Lees verder

Zwanenmeer.                       Minks wekelijkse column 6-9-2023

Zwanenmeer.                       Minks wekelijkse column 6-9-2023  

Nou, daar gingen we dan richting Amsterdam voor de zwanen.

Ja niet voor Schiphol met zijn KLM zwanen, neen verder nog.

Helemaal naar de cultuurtempel in het hart van Amsterdam.

Carré maar liefst, dat ligt aan de Amstel, net als die woonboot.

Nog nooit geweest, wel veel van gehoord. Toon, Freek en Yoep kregen hem vol.

Als je voor een vol Carré optreedt, tel je in ons kikkerland pas echt mee.

Met mijn reis door het land der podiumkunsten, toets ik al zo’n anderhalf jaar wat ik mooi vind. Niet van TV of zo, maar gewoon in het echt. Na een aantal concerten en een opera was nu het klassiek ballet aan de beurt.

In goed gezelschap, Henna en Martine, toog ik het Jugendstil gebouw binnen.

Prachtig, een arena in een soort van circusopstelling met piste én podium.

Vanaf onze riante plek werd mijn hoogtevrees danig op de proef gesteld.

Zoals iedere Hagenees ga ik vaak voor gaas voor de overtreffende trap.

Dus dit ballet ‘Het grootste zwanenmeer ter wereld’ was geknipt. Zo’n slordige 48 zwanen, de prima ballerina niet meegeteld, trippelden in het rond.

Overigens ‘slordig’ kon je het met goed fatsoen niet noemen. Op een enkel menselijk foutje na was deze toom zwanen uiterst gedisciplineerd.

Wellicht had dat over-ordelijke iets te maken met de Chinese afkomst van dit gezelschap, maar dat komt bij deze tak van sport wel heel goed van pas.

Het verhaal in het kort: Prins Siegfried wordt verliefd op de zwaan in mensengedaante Odette. Na te zijn betoverd trouwde hij met Odile, de dochter van de boze tovenaar. Te laat komt hij erachter dat hij Odette verraden heeft en keert terug naar het Zwanenmeer waar hij zich met haar verzoent. In deze uitvoering werpen zij zich samen in het meer en sterven verenigd in eeuwige liefde, weer ff wat anders dan ‘tot de dood ons scheidt’.

Het mooie stuk van de stervende zwaan zat er niet bij, hoort er ook niet bij, wat ik wel dacht. Op de valreep dan ‘gelukkig’ toch nog een stervende zwaan.

Was in het begin bang dat ik er na een kwartier genoeg van zou hebben, maar niets van dat. De gratie, al dat wit, die harmonie en dan de prachtige, herkenbare muziek van Tsjaikovski. Het was een groot feest, ik heb genoten.

Bij gebrek aan inspiratie voor een uitsmijter van deze column vond ik dit van

Bertus Aafjes: “De ware tijdwinst is kijken naar een zwaan”. Ik zag er 49 ;-).

Wil jij ook tijdwinst? Er waren nog wat kaarten, ik zou het gewoon doen.

Tekst: Mink Out.                 Binnenkort de nieuwe bundel. www.conckshop.nl

1879-81 The Star. Edgar Degas.  

Lees verder

Geen partij.                         Minks wekelijkse column 30-8-2023

Geen partij.                         Minks wekelijkse column 30-8-2023

Liggend op mijn loungebank bij mijn favo strandpaviljoen was het toch ff zomer. Boekie, plonsje, happie, mij kon niets gebeuren.

Voor me een stel dat snel hun 35-jarig huwelijk of zo zou vieren.

Niet dat ik een uitnodiging op zak had, maar het grauwen en snauwen over en weer deed mij een lang en slepend samenzijn herkennen.

Tussen het bekvechten door was er nog wel tijd genoeg om ruimschoots drank en spijzen naar binnen te werken. Het bewijs van dit mateloos consumeren uitte zich in de voluptueuze lichaamsvormen van deze (v)echtgenoten.

Een paar kokette hakjes, die een prachtig “kind” op handen droegen, kwamen aangetikt. Ze maakte aanstalten zich in ons gezichtsveld te settelen.

Van achter mijn zonnebril over de rand van mijn e-book zag ik een uiterst geraffineerde striptease. De mannelijke bekvechter ging er ongegeneerd voor liggen en keek haar de kleren sneller van het lijf dan Hooghakje ze uittrok.

Haar bikini bevestigde aan alle kanten de stelling: “Less is more”.

Het strakke vetertje dat tussen haar billen verdween gaf zat ruimte om mannenfantasieën op hol te doen slaan. Met zinnelijke bewegingen spreidde ze haar handdoekje uitgebreid over de loungebank en vleide zich genotziek neer.

Nadat hij elke beweging van Hooghakje nauwlettend had gevolgd vond de vrouwelijke bekvechter het tijd voor een tegenzet. In een wanhopige poging haar vrouwzijn te laten gelden, ging ze tussen hem en Hooghakje instaan en probeerde hem het hof te maken. Hij negeerde haar en verrekte zijn nek om, om haar heen, de peepshow te kunnen blijven volgen. Ze was geen partij.

Ze draaide zich subiet om en liep richting Hooghakje. O nee, ze zou het “kind” toch niet aanvallen. Dat gelukkig niet, ze ging op de loungebank links van Hooghakje liggen, een olijfboom tussen hen in. Ze nam dezelfde pose aan en zwaaide hem toe als Stan Laurel, met van die losse vingers. Het deed hem niets, hij bleef Hooghakje obsessief uit haar zwemstring kijken.

Een flinke blonde jongen met van die ballonarmen betrad het strijdtoneel.

Hooghakje trippelde op hem af en klom spontaan in deze boomgrote Adonis.

Bezitterig omvatte zijn grote handen haar lokkende, ontblote billen.

Ook zij vingen aan met bekvechten, maar dan even wat meer genotsvol.

De vrouwonvriendelijke hork draaide zich weg en zocht bevrediging in nog een snaaiplank en een grote bier. De gein was er af, hij was geen partij.

Tekst: Mink Out.                          Bundel verkrijgbaar op: www.conckshop.nl

1915 Nude in Dappled Sunlight. Frederick Carl Frieseke.  

Lees verder

Arebeie.                   Minks wekelijkse column 23-8-2023

Arebeie.                   Minks wekelijkse column 23-8-2023

 

Naast de schutting stond aan weerszijden een leeg bierkratje. Deze, door buurvrouw Sjaan nuffig “Berlijnse muur” genoemde, betonnen erfafscheiding moest mijn opdringerige buur stuiten. Eigenlijk behoede de schutting ons van een soort koude oorlog. Ik werd gek van haar deurenplatloperij in die pre-Berlijnse-muur-periode.

Met de nieuwe voordeur-aanbel-methode werd onze band hechter en hechter.

Mag nu achteraf wel stellen dat ik met weinigen zo’n goede band heb gehad.    

Op een goede zomerdag hoorde ik een vreemd gezucht en stak, staand op mijn bierkratje, het hoofd boven de Berlijnse muur uit om poolshoogte te nemen. Daar zat Sjaan met haar knokige knietjes op een handdoekje in de tuin de aarde om te wroeten. Heur lang loshangend haar bedekte de flanken van haar gezicht. Het leek er op dat ze aan het planten was geslagen. Dat was niets voor haar. Ze had zeker geen groene vingers, eerder gele vingers van het onafgebroken roken waar ze tevergeefs iedere dag opnieuw mee stopte.

“Ben je aan het doen Sjaan?” “Arebeieplantje Mink. Komen heerlijke zoete grote arebeie aan, zei die groenteboer op de Mart waar ik ze heb gekocht”.

“Nah, das dan lekkert, zal ik vast broodjes halen en yoghurt?” “Nee joh lijp, das pas volgend jaar of over twee jaar, dat hep ze tijd nodagh. Bakkie koffie gozahtjuh?” “Kom dran Sjaan”.

Diep in de nacht opende ik zachtjes het Berlijnse muur-hek. Ik moest hem ietwat oplichten om het knarsen tegen te gaan, maar traag en met ingehouden adem lukte het zowaar. Met een kolossale bak aardbeien liep ik op mijn tenen tot aan het jonge, wortelschietende, vruchtloze bibberplantje. Behoedzaam strooide ik er een berg rooie rakkers omheen. Slechts een drietal blaadjes piekten er bovenuit. Als een dief in de nacht sloop ik bij het, in valse trots zwelgende, plantje weg. In bed lag ik me, met bonzend hart, nog lange tijd te verkneukelen.

Zonnebadend op de stretcher wachtte ik in spanning af op wat komen zou.

Haar keukendeur ging open, zij op haar kratje, ‘hoof’ boven de muur uit: “Mogguh, jij bent vroeg?” “Ja slecht geslapen, probeer het zo nog ff”.

Ze trok zich terug. Ik spitste mijn oren en hoorde haar scharrelen.

“Krijg nou de tering!” Heel even bleef het stil, ‘hoof’ weer boven de schutting: “Jij lamlul?”. “Wat”. “Ja die arebeie”. “Wellekuh arebije?”  “Ja die berg”.

“Wellekuh berg? Ok, ik haal wel brood en yoghurt”. Mooie tijd met Sjaan.

Tekst: Mink Out.                 Binnenkort Minks 2e bundel: www.conckshop.nl

1875-77 The gardeners. Gustave Caillebotte.  

Lees verder

Weer aan de bak.       Minks wekelijkse column 16-8-2023

 

Dinsdagavond een biljartje gedaan, u weet het misschien nog wel, dat spel met die drie ballen van heel vroeger.

Nou doe ik dat wel vaker met vriend Martin, maar dit keer was het de laatste stuiptrekking van mijn 6 weekse vakantie.

t’ Was natuurlijk niet alleen vakantie, het geeft ook tijd om in een hoop dingen orde op zaken te stellen. Lastige, te lange, wachttelefoontjes, de keuken en de wc’s een extra goede beurt geven, de dansende bloemen in het gareel brengen, de barvloer opkuisen, kortom, te veel om op te noemen.

Zo’n biljartje op het eind van een lange ‘nutteloze’ vakantie is dan eigenlijk een soort extra toppunt, omdat het het laatste beetje vakantieplezier is.

Het geeft een soort dompergevoel dat een mooie periode over is, maar toch is dit weer een stukje dat de vrijheid van de afgelopen tijd nog eens aanzet.

Ik vergelijk het maar ff met een kop koffie waarvan je, bij het aan je lippen zetten, denkt dat er nog een goede slok inzit, maar helaas leeg blijkt te zijn.

Met het kopje nog aan je lippen zie je, scheel langs je neus naar de bodem kijkend, een laatste druppel filtraat richting je mond naar beneden kruipen.

Het is slechts een luttele, koude druppel, maar wanneer hij op je tong uit elkaar spat smaakt hij welhaast lekkerder dan de hele kop.

De koek is op, maar deze laatste kruimel verzacht het tanend genot.

De vakantie was redelijk stressloos. Ik raakte zowaar ontspannen, zeker toen ik die laatste twee weken thuis was. Ik kon stap voor stap bijna alle dingen doen die ik me had voorgenomen en dat bracht een voor mij ongekende rust.

Totdat het werk zich weer aan mij opdrong. Mensen die vroegen wanneer ik weer open ging of belden om weer feestjes of andere dingen te boeken.

Dat gaf me een beetje het idee van twee handen die langzaam maar zeker mijn keel dichtknepen en me snakkend naar lucht deden happen.

Natuurlijk is het goed dat er weer werk binnenkomt, daar ben ik ook heel erg blij mee, maar een pauze was even nodig, het laatste jaar was niet niks.

Ik heb er een zwaar hoofd in om weer te beginnen, zes weken maken die kater zeker niet minder. Nu zult u wellicht denken kap er dan mee. Maar dat is het hem nou juist, stoppen is geen optie, ik hou van mijn winkel en de contacten.

En trouwens, heb geen bang want jarenlange ervaring leert mij dat, na een paar uur aan de bak te zijn geweest, de zin weer helemaal terug is, das zeker.  

Tekst: Mink Out.                          Bundel verkrijgbaar opwww.conckshop.nl

   

S.d. Une Partie De Billard. Bérnard Jean.

 

Lees verder

Jong van hart.                  Minks wekelijkse column 9-8-2023

Jong van hart.                  Minks wekelijkse column 9-8-2023

Nou, het was weer zover. Het heerlijk avondje was gekomen.

Het heerlijk stapavondje welteverstaan. Vanwege mijn vakantie kon het. Een oproep in het WhatsApp stapgroepje was voldoende

voor een magere opkomst van drie man inclusief deze schrijvert.

Tis geen spektakel, we drinken een glas en hebben een fijne woordenwisseling.

FF bijpraten, niet iedereen ziet elkaar nog wekelijks dus is dit de kans om de verslapte banden, tot ieders genoegen, weer eens flink aan te halen.

De pilsen glijden in een rap tempo weg en voordat je het door hebt komt uitgerekend Hazes sr. aankondigen dat het de hoogste tijd is, de Farizeeër.

Dan staan we plots buiten, roken wat en overwegen de volgende stap. Veel is er na twee uur in de nacht niet meer open, maar iemand weet nog wel wat.

Entree vijf euro in contanten, de garderobe en het toilet inbegrepen, wat met mijn hoge frequentie van urineren niet eens zo’n hele slechte deal is.

We waren iig binnen, een biertje uit een plastic glas vonden we ook nog best.

Lekkere muziek en een podium vol met dringende, dansende mensen. Zien en gezien worden was hier het devies. Aan de bar bij de ingang moest eenieder die wilde roken ons passeren. “Gimmie, gimmie, gimmie a man after midnight” van de ABBA’s schalde ritmisch uit de speakers. Een paar, aan de te schaarse en te strakke kleding te oordelen, prooi zoekende dames passeerde.

Zij keken naar ons en wij naar hen, “ja muziek van vroeger uit jullie tijd hé” sprak het kippie de voorste. De ballon met het prachtig visioen, toen ze heupwiegend aan kwamen lopen, klapte in 1 keer verwoestend aan flarden.

Door een haag van jongelui liep ik naar de toilet, ze waaierden uiteen en lieten me bijna eerbiedig door. Ik voelde me een soort van alien die zojuist uit zijn vliegende schotel gestapt was. Anderzijds had ik ook wel een gevoel van waardering voor het respect dat mij hier ten deel viel.

Nog even naar buiten om tussen de dranghekken ff een sjekkie te paffen.

Het was druk, maar in het midden was een hele lege plek waar ik in het gedrang naartoe worstelde. Ik wilde de laatste stap maken toen iemand mijn schouder pakte en me, onder de titel meneer, wees op de diepe plas voor me.

Ja, wat doe je dan in zo’n ‘jongerentent’ zult u zich wellicht afvragen.

Nou er is gewoon niet veel voor hen die een dikke tand des tijds ouder zijn.

Je moet eigenlijk een beetje maling hebben aan die alienbehandeling en jong van hart zijn, dan gaat het wel, zo’n nachtje doorstappen.

Tekst: Mink Out.                          Bundel verkrijgbaar op: www.conckshop.nl

1823 The Power of Music. Thomas Sword Good (1789–1872).

 

Lees verder

Een verlate kennismaking. Minks wekelijkse column 1-8-2023

Een verlate kennismaking. Minks wekelijkse column 1-8-2023
Sundborn, een afgelegen dorp in Zweden waar de tijd geen haast had. Ooit de woonplaats van Carl Larsson, gevierd kunstschilder.
Tijdens mijn bezoek aan dit gehucht is er in de parochie een expositie van door Carl gemaakte portretten van dorpsgenoten.
Als een tijdmachine brengt deze serie tronies mij terug naar de decennia
van rond 1900, toen hier de olielamp en het paard nog normaal waren.
Prachtige karaktervolle weergaves, we maken kennis met o.a. veldwachter Svedberg, de smid Erik, Daniel de kerkklerk en dominee C.F. Petterson.
Zie je het voor je, Svedberg de veldwachter, die met blinkende knopen, medaille en sabel gewichtig de kabbelende orde in de dorpsstraat bewaakt?
Op de achtergrond klinkt het geluid van hamer en aambeeld waar Smit Erik wellicht het verloren hoefijzer van een paard vakkundig vervangt.
Carl Larsson had ooit over deze smid gezegd dat de man zijn uitstraling eer aan deed. Gereserveerd met af en toe een sprankje humor, hetgeen even vaak voorkwam als het versturen van zijn rekeningen: zo’n eenmaal per jaar.
Dan hadden we de oude dominee Petterson, die voordat de kinderen van Carl gedoopt waren, in het passeren nooit ter begroeting zijn hoed lichtte.
Toen uiteindelijk alle kinderen toch door hem ingewijd waren veranderde zijn houding op slag. Carl mocht hem zelfs oom noemen, ze werden beste vrienden.
En dan Daniel, de kerkklerk, welke een kleinkind en een schoondochter verloor aan de Spaanse griep: een onfortuinlijk lot dat velen trof in die tijd.
Ondanks dat, of misschien wel door dat, hield de man bijna onophoudelijk van de geneugten des leven. Geen kans om wat te vieren liet hij ongemoeid.
Wanneer hij weer eens te ver gegaan was, wist zijn paard al sjokkend de weg naar huis te vinden. Totdat de paardenvoetjes op een maanverlichte nacht niet klonken. Het dorp in paniek, een massale zoektocht werd op touw gezet.
De kerkklerk was in geen velden of wegen te bekennen. En toch, in de morgen bij het kraaien der talloze hanen stonden paard en berijder plots vredig snurkend naast Daniels huis.
Wat anekdotes uit een bekrompen veilige tijd. Ik zat er ineens helemaal in. Het had niets voor mij geweest maar het voelde toch ook wel erg lekker.
Het dorpje is bijna geen spat veranderd, ja de veldwachter, smid, kerkklerk, dominee Petterson en zelfs Carl zijn verhuisd naar het kerkhof aan het meer.
Dankzij Carl’s schilderijen konden we verlaat kennismaken. Prachtig kijkje in een vervlogen tijd. Het was een ware eer deze mensen alsnog te ontmoeten.
Tekst: Mink Out. Bundel verkrijgbaar op: www.conckshop.nl
 

1915 Erik Eriksson. Carl Larsson.

 

Lees verder

Van die buien.                  Minks wekelijkse column 26-7-2023

Van die buien.                  Minks wekelijkse column 26-7-2023

Tijdens mijn vakantiereis door Scandinavië kom ik veel mensen tegen waaronder mezelf. Kan ik dat wel en gaat dat lukken zijn zo van die dingen die ik me met enige regelmaat afvraag.

Natuurlijk moet ik mezelf zo nu en dan een schop onder mijn kont geven.

Als je niet beweegt gebeurt er namelijk niet zo heel veel. Ook bij mij.

Dus wellicht lijkt het voor mensen dat ik op vakantie alles makkelijk doe, maar laat u niet misleiden, ook voor mij is het een hele klus om dingen te gaan doen.

Wel bereid ik het een en ander voor zodat het allemaal wat soepeler loopt.

Nou was het allemaal redelijk luxueus met hotels en een ware Fjordliner, maar daar zou, vanuit Bergen richting Oslo, verandering in komen, want ik ging wild.

Over de E16 naar een met je hoofd in de wolken gebied, zeg maar op een berg.

De desolatie spatte van de foto’s af. Het leek een zeer ruig landschap.

Ik dacht al aan een overlevingspakket met een aansteker en kaarsen en zo.

Je zou, bij gebrek aan een tankstation, de laatste pruttels uit de uitlaat horen reutelen en tot stilstand komen in deze negorij. En dat, bij elke tik van mijn afkoelend motorblok, de hoop op een zacht bed steeds verder wegebt.

Maar neen hoor, tankstations genoeg, goede wegen, geen centje pijn.

Alleen die buien. Om gek van te worden. Met bakken kwam het naar beneden. Kijk, met een regenpak aan is het goed te doen. Alleen mijn handschoenen en laarzen werden drijfnat. Geen probleem, de badkamerföhn is er goed voor.

Neen, tis dat nep-Harley windscherm dat mij in hachelijke situaties brengt.

Druppels zetten zich er op af. Duik je dan een tunnel in (1 van 31 kilometer) heb je door het licht van de tegenliggers talloze zilveren gloeipitjes voor je.

Prachtig gezicht, maar niet in een tunnel met denderende vrachtwagens en zo.

Maar het is volbracht. Veel te laat kwam ik als een verzopen kat aan in het wolkenhotel. Ja die vele buien hé die drukken enorm de pret.

Het laatste hotel viel erg tegen, qua uitzicht dan, had ‘meerzicht’ gevraagd, maar dat was niet helemaal goed gegaan. Het was ook geen kamer waar je je lekker voelt. Goedkoop gemeubileerd. En ik kreeg branderige ogen, stof?

Nog geprobeerd voor een andere kamer, maar er was echt niets aan te doen.

Probeer zoiets voor mezelf te verzachten en dat lukt dan meestal wel.

Maar dit keer, zonder te willen, klapte ik ineens dicht. Depri stemming. De pret was bedorven. Daar zit je dan op je vakantie. Voelde me zwaar klote.

De dag er na gaat het weer helemaal top, maar ja, ook ik heb van die buien.     

Tekst: Mink Out.                          Bundel verkrijgbaar op: www.conckshop.nl

1877 Rainy Day in Paris. Gustave Caillebotte.

Lees verder

Mensen.                                Minks wekelijkse column 19-7-2023

Mensen.                                Minks wekelijkse column 19-7-2023

Mensen, je komt ze overal tegen als je niet uitkijkt, of als je wel uitkijkt. Wij zijn met zovelen dat je niet om ons heen komt.

Nu ik op vakantie in Scandinavië ben, let ik nog beter op ze.

Ik doe dat altijd, maar nu heb ik er nog meer tijd voor.

In musea, hotels, bij de benzinepomp, langs de weg, zeg maar ff overal.

Het gedrag is wat mij bezighoudt en me verbaast, vermaakt of verwondert.

Dat echtpaar waarvan zij duidelijk de hele grote broek aan heeft. Ze geeft het tempo van het schilderijenkijken aan, hij sjokt er sullig achteraan.

Vijf jonge Jutlandse jongens die vanaf het fietspad allemaal lachend hun duimen opsteken, als ze mij op mijn nep-Harley voorbij zien- en horen komen.

Twee vrouwen, waarvan een in mannenkleding met kort kapsel, die me tijdens het passeren onbevreesd aankijken, een blik of ze me willen vermoorden.

Het Indiase paar dat me tijdens met een praatje bij de koffieautomaat van het tankstation uitnodigt om wat nachten bij hen in Stavanger te verblijven.

De nette bedienende meisjes in het Quedens Gaart koffieding in Ribe, waarmee ik een alleraardigste en zinnige dialoog over het horecavak had.

De oude, bebaarde man die in Zuid Afrika woonde, zijn vrouw te vroeg verloor, daarna niemand meer hoefde, behalve dan zijn goedkope halve liters blikbier.

Het prachtige jonge stel dat tijdens de rol-over wasbeurt van hun auto de paringsdrift flink aan het oppoken waren. Ik gaf hem zo’n blik van dat doe je goed gozah en hij gaf mij, achter haar rug, een knipoog zo van: ja toch.

De vrouw die in het museum gewoon aardig was, waarop diens man me met een plotselinge Bokitohouding gelastte om op gepaste afstand te blijven.

Twee verliefden die boven iedereen uit stegen, en niemand meer zagen staan.

De moeder met kinderwagen op het ellelange wandelpad langs de B weg.

Een mooie vakantie met meer plussen dan minnen zullen we maar zeggen.

Das toch mazzel dat je dat kan hebben, ik voel me echt de koning te rijk.

Maar dan zijn er toch nog de andere menselijke dingen die me bezighouden. Over mensen in mijn omgeving die het gevecht van en voor hun leven voeren.

Ik geniet en kan niets of weinig voor hen doen, schaam me zelfs een beetje.

Voor zover jullie er wat aan hebben, in gedachten ben ik regelmatig bij jullie.   

Beetje een rare wending van dit verhaal, het gaat er om harten onder riemen te steken. Mijn, op dit moment, baden in levensvreugde doet me ook aan hun strijd denken, vandaar deze rare wending. Kon het ff niet laten mensen, sorry.

Tekst: Mink Out.                          Bundel verkrijgbaar op: www.conckshop.nl

. 1900 Philemon en Baucis. Ferdinand Hart Nibbrig.  

Lees verder

Een soort van huwelijk.           Minks wekelijkse column 12-6-2023

De zon schijnt hevig, maar het terras is dicht. Ik zet de krukken ondersteboven op de bar. De zonnecellampjes staan binnen.

Eigenaardig, de tent midden in de zomer dicht te gooien.

De oven is weer blinkend schoon en de frituren leeg.

Theedoeken, barmatjes en de feestzaal-tafelbedekking zijn alweer gewassen.

Ik voel me een beetje een verrader maar, ik heb de dikke pauze gewoon broodnodig. Het was een intensief jaar. Niet dat ik er niet blij mee ben, integendeel, maar je moet er ook nog wel wat voor doen, en das veel.

Ik heb het best wel verdiend, qua beloning, maar zeker ook wel qua geld.

Vandaar dat ik ook zomaar 6 lange weken dicht kan, potjandorie nog aan toe.

Zo’n vakantie is top, maar bij dit voor langere tijd opruimen, bekruipt me toch een ietwat melancholisch gevoel. Alsof ik een goede vriendin in de steek laat.

Een relatie van dertig jaar is me nog nooit gelukt, alleen bij mijn winkeltje. Niet dat ze altijd even makkelijk was, ze heeft nog wel eens kuren, maar ze is een beetje, of zeg maar gerust: ze is helemaal, mijn leven en dat is goed.

Ze is een beetje mijn grote liefde. Misschien klinkt dat lonely, maar ik hou op een bepaalde manier van haar. Zo lang als ik kan zal ik bij haar blijven. Behalve dan de komende weken. Om de relatie heel te houden moet ik er ff tussenuit.

 

Om aan het lichte schuldgevoel te ontsnappen maak ik haast. Ik prop de niet verkochte gedroogde worsten in mijn rugtas voor tijdens de reis, en gris een stripje Ibuprofen uit het EHBO-kastje, je weet nooit waar het goed voor is.

Ik moet Tutje (het elektrische autootje) bij vrienden stallen en de Nep-Harley, waar ik mee op vakantie ga, bij een andere vriend uit de garage halen.

Het viltje met de vakantiemelding gaat op de deur en ik sluit de gordijnen.

Nog een ronde door het pand om te checken of alles in orde is. Spoel de toiletten extra door. Mijn voetstappen klinken hol in deze eenzame ruimte. Het is tijd om te gaan, hoorde ik daar een zachte snik? Trek de buitendeur achter me dicht, kijk niet meer om, stap in Tutje en rijd weg.

Wanneer ik even later met de Nep-Harley weer langsrij werp ik nog een blik op mijn liefde en hoor denkbeeldig: wees voorzichtig en kom weer heel terug. Als antwoord beloof ik plechtig dat te doen, tis net een soort van huwelijk.

Dan geef ik gas en rij met mijn kop stoer in de wind mijn vakantie tegemoet.

Ja, ik zal Tijgah, Pantah en Den Ouden Neel natuurlijk ook missen, maar op hen wordt gepast. Ok, ik zal iedereen missen, nou ja, iedereen:-).

Tekst: Mink Out.                          Bundel verkrijgbaar op: www.conckshop.nl

  2022 Interieur Café de Conckelaer. Dimitris Voyiazoglou.

Lees verder

Website by Splendit 2024

Kinderdisco